De Nederlandse konijnenhouderij heeft twee gezichten. Niet zichtbaar voor het publiek neemt de sector zelf het initiatief om verbeteringen door te voeren. Wel duidelijk zichtbaar zijn de campagnes van actiegroepen die vinden dat er veel mis is in de sector en met het aanbod voor de kersttafel in de supermarkt.

Dat er een jaarronde Nederlandse konijnenhouderij bestaat, is nauwelijks bekend. Wat dat betekent voor de afzet van de konijnenhouders in Nederland al evenmin.

In Europa worden meer dan 330 miljoen vleeskonijnen gehouden. Na de vleeskip is het konijn het meest gehouden dier. Nederland telt slechts een kleine sector die ongeveer 380.000 vleeskonijnen huisvest, verdeeld over 50 boeren. De jaarlijkse productie bedraagt ruim 2 miljoen dieren. Omdat het dagelijkse slachtvolume beperkt is, vindt de slacht ervan plaats in België waar een veel groter aantal konijnen wordt gehouden.

Nederlandse konijnenboerderijen vind je voornamelijk rond en onder de rivieren. Foodlog ging op bezoek bij de konijnenboerderij van de familie Slegh in Delwijnen. Daar ontmoetten we ook Sjef Lavrijsen, de voorman van LTO konijnenhouderij, en WUR-onderzoeker Karel de Greef.

Leed
Wegens dierenleed ligt deze tak van de vleesindustrie al aantal jaar onder vuur. Meestal rond Kerst als Youps spreekwoordelijke Flappie tijdelijk even in de belangstelling staat.
Dit jaar ging het anders. De Stichting Konijnen in Nood stelde met behulp van stiekem gefilmde beelden het welzijn van konijnen aan de kaak. In maart startte een campagne met protestbijeenkomsten tegen de konijnenhouderij. Onder leiding van voormalig vegan streaker Peter Janssen vond 21 maart de eerste demonstratie plaats bij konijnenboer Jan Pullens in Haarsteeg.

Gebrek aan regels
Voor wie ze horen wil, komen er echter juist ook positieve geluiden uit de sector. Hoewel er op Europees niveau geen regels zijn, neemt de konijnensector in Nederland zelf actie om het welzijn van de dieren te verbeteren.

Actievoerder Janssen ziet het gebrek aan regels als de kern van het probleem. Aan Omroep Brabant liet hij weten “Dan krijg je anarchie en een situatie waarin de slager zijn eigen vlees keurt”. De sector zelf worstelt ook met het gebrek aan regels. Nederlandse konijnenhouders innoveren actief en willen graag voorlopers worden in de EU. De boeren experimenteren met verschillende welzijnskooien, materialen en zogeheten parksystemen waarin de dieren kunnen springen.

CIWF campagne


Onduidelijkheid
Nederland produceert 0,01% van de konijnen van de Europese Unie. Onze konijnenfokkers vinden niettemin dat ze de beste typen huisvesting voor de dieren gebruiken. Dat maakt hun bedrijfsvoering duurder, maar daar klagen ze niet over. Anders dan de rest van de Nederlandse dierhouderij, is de konijnenhouderij niet onrendabel omdat de vraag naar betere konijnen groter is dan het aanbod. Gisteren werd bekend dat de Nederlandse konijnenhouderij groeide tussen 2014 en 2015. Het aantal konijnenplaatsen nam toe met 18% meldt het CBS.

Onze konijnenhouders vinden het jammer dat ze niet goed weten waar ze aan toe zijn, omdat onduidelijk is waar de regelgeving heengaat. Nieuwe hokken zijn een flinke investering voor een konijnenhouder. Als de regels dan ‘opeens’ veranderen en er moeten weer nieuwe hokken komen, zorgt dat voor onverwachte en grote investeringen. Een bijkomend obstakel is de bouw van de hokken. Konijnenhokken worden in de grote ‘konijnenlanden’ als Italië en Frankrijk gebouwd, waar welzijn en parksystemen nog steeds ondergeschoven kinderen zijn. Daardoor moeten de Nederlandse konijnenhouders deels het wiel zelf uitvinden. Dit gebeurt in samenwerking tussen de konijnenhouders, onderzoeker Karel de Greef van de WUR en onderzoeker Konijnenhuisvesting & welzijn Jorine Rommers van de WUR.

Door de welzijnshokken zijn ook de technische resultaten beter. Het levert uiteindelijk meer kilo’s vlees op
Welzijnshok of parksysteem
Konijnenhouderijen moeten aan een aantal regels voldoen. Het welzijnshok is het eerste hok met verbeteringen. Verschillende boeren gaan nog een stap verder door meer plastic in plaats van draadgaas in de hokken - wat beter is voor welzijn van konijnen - en parkkooien voor groepshuisvesting te brengen. Groepshuisvesting is van belang voor konijnen omdat het sociale dieren zijn.
De welzijnshokken worden in Nederland verplicht vanaf 2016. Dit is vastgelegd in de welzijnsverordening van 2016. Volgens Lavrijsen heeft de sector geen spijt van de genomen maatregelen. “Wat we toen hebben bereikt, is niet slecht geweest”. Door de welzijnshokken zijn namelijk ook de technische resultaten beter. Het levert uiteindelijk meer kilo’s vlees op.

Roep om erkenning
De Nederlandse konijnenhouderijen wachten op erkenning voor de doorgevoerde verbeteringen met betrekking tot welzijn. Een label of ster is welkom. Nederland telt één konijnenhouder met een Dierenbeschermingsster. Invoering van alleen welzijnshokken of parksystemen is niet genoeg volgens de eisen van de Dierenbescherming. Die wil een ondergrond van hooi of stro, elke dag een verse wortel of stro en daglicht. Zelf trekt de sector het gebruik van hooi of stro in twijfel. Onderzoekster Rommers heeft in Zwitserland gekeken naar houderijen waar ze stro al langer als ondergrond gebruiken. Daar bleek deze ondergrond op lange termijn niet hygiënischer. Daarnaast is volgens onderzoeker de Greef veel daglicht niet ‘natuurlijk’ voor konijnen, aangezien ze in de natuur voornamelijk in een hol leven.

Volgens onderzoeker de Greef is veel daglicht niet ‘natuurlijk’ voor konijnen, aangezien ze in de natuur voornamelijk in een hol leven
Een onderscheiding in de vorm van een ster of label geeft het product meerwaarde, waardoor het beter verkoopt. Daardoor komt tegelijkertijd meer geld beschikbaar voor onderzoek en kan de sector grotere stappen nemen om welzijn en duurzaamheid verder te ontwikkelen.

Zieken en sterfgevallen
Volgens Janssen hoort een konijn niet in de vleesindustrie, “omdat het dier er ongeschikt voor is, net zoals de plofkip.” Konijnen in Nood vindt dat vleeskonijnen in Nederland te geïsoleerd en in te kleine hokken leven. Daarnaast vindt de organisatie dat de konijnenhouderij teveel zieke en dode konijnen oplevert. Actiegroep Ongehoord bracht filmmateriaal met zieke en dode konijnen naar buiten. De beelden suggereren erbarmelijke omstandigheden. Voorman Sjef Lavrijssen van LTO konijnenhouderij en konijnenboer Slegh reageren eensgezind op de beelden: ‘Wanneer je dieren houdt heb je helaas ook te maken met zieken en sterfgevallen. Met duizenden konijnen per boer is dat onvermijdelijk. Wij zien het liefst ook geen zieken en doden. Maar als je de konijnen laat schrikken en alleen de slechte gevallen laat zien, krijg je een nogal scheef beeld van de situatie.”

Belgen waarderen konijn uit welzijnshok
Nederlandse konijnen uit welzijnshokken gaan nu naar België, waar ze onderscheidende koopwaar zijn omdat ze aan hogere eisen voldoen dan het gangbare konijn uit de grote konijnenlanden. Bij onze zuiderburen hebben Nederlandse konijnen een meerwaarde waar Belgen graag meer voor betalen. Nederlandse supermarkten en poeliers zouden ook graag een label van de Dierenbescherming willen voeren om een overtuigend argument te hebben om het betere Nederlandse en Belgische konijn in de koelvitrine te kunnen nemen, als alternatief voor het wat goedkopere aanbod uit (nog altijd) Azië en Oost-Europa.

De korte en hevige Kerstpiek in de Nederlandse consumptie van konijnenvlees staat niet in verhouding tot de vraag in de rest van het jaar. De Nederlandse productie is wel het hele jaar door min of meer stabiel, zodat verreweg het grootste aantal dieren altijd in het buitenland zal worden gekocht en opgegeten.

Fotocredits: vlnr Sjef Lavrijsen, Gijsbert Slegh, Karel de Greef (achter), Annika de Jong, Saskia van de Velden, Foodlog Media
Dit artikel afdrukken