Eén op de 10 Europeanen (9%) drinkt dagelijks suikerhoudende frisdrank. Twee derde van de Europeanen drinkt nooit of hooguit zo nu en dan een glas suikerhoudende frisdrank.

Eurostat, het Europese bureau voor statistiek, onderzocht het frisdrankgebruik in 2019 onder de populatie van 15 jaar en ouder in verschillende Europese landen. Het onderzoeksbureau vergeleek vervolgens verschillende populatiegroepen op basis van geslacht en leeftijd. Bij 19% stond de teller op 1 tot 3 glazen per week, 6% drinkt 4 tot 6 glazen fris per week en 9% drinkt dagelijks suikerhoudende frisdrank. Vooral mannen (12%, tegenover 7% vrouwen) en de leeftijdscategorie 15- tot 24-jarigen (14%) drinken dagelijks suikerhoudende frisdrank.

Hoe ouder de leeftijdsgroep, hoe kleiner het aantal dagelijkse frisdrankgebruikers bleek. Van de 65 tot 74-jarigen en de 75-plussers dronk slechts 5% iedere dag frisdrank.

Belgen steken met kop en schouders boven hun mede-Europeanen uit. Maar liefst 20% van de Belgen drinkt dagelijks frisdrank. In Malta, Duitsland, Hongarije, Polen en Bulgarije gaf 12% van de bevolking aan dagelijks frisdrank te drinken. Onderaan de lijst eindigt Estland met een kleine 2% van de bevolking die dagelijks minimaal één glas suikerdrank drinkt.

En hoe zit het met Nederland? Dat is jammer, Nederland werd als enige land niet meegenomen in de analyse van Eurostat omdat de data niet beschikbaar waren. Hoe we het doen ten opzichte van de rest van Europa is dus niet zeker. Eén ding is dat wel: volgens branchevereniging Fris, Water, Sappen (FWS) zou de Nederlander sinds de coronacrisis 'bewuster' frisdrank drinken.
  • Deel
Druk af