imageAfgelopen week werd er weer een SVH Meestergastronoom geinaugureerd, Maikel Ginsheumer van de Karpendonkse Hoeve in Eindhoven. Ditmaal gebeurde het door Leo van Eeghem. Niet de eerste de beste. Prominent lid van de Alliance gastronomique en baas van de afdeling restaurants van Koninklijke Horeca Nederland. En natuurlijk vroeger eigenaar van die Eindhovense Hoeve, die nu geleid wordt door zijn dochter Ingrid.

Iedereen blij. Het onderwijscentrum. Maikel. Ingrid. En weer een kans om het gastheerschap in het zonnetje te zetten. Maikel is nu de 41ste SVH Meestergastronoom. Nummer 42 dient zich ook al aan. In oktober wordt Ronald Opten van Duin en Kruidberg geïnaugureerd. De HORECA in Nederland zit behoorlijk in zijn maag met het gastheerschap. De koks zijn er met de buit vandoor en hebben zo langzamerhand alle aandacht en de TV te pakken.

Populariteit Koks
In een van de programma’s van Herman den Blijker werd pas weer eens pijnlijk duidelijk hoe er tegen bediening aan gekeken werd. Hij wil koks aan tafel eten laten verkopen.
Den Blijker gaat zover dat hij de koks ook wijnen laat proeven. Dat ik alleen maar kan aanmoedigen, maar dan vanuit een ander perspectief. In zijn beleving is het logisch dat de koks ook een wijnaanbeveling gaan doen aan de gasten. Ergo: de bediening transporteert alleen borden en daarmee heb je het wel gezegd. Ze moeten er goed uitzien, het liefst vrouwelijk en vooral niet te oud zijn.

Wist je dat in de horeca in Nederland 1 op de 5 bedieningsmensen een opleiding heeft genoten? Een bord van A-naar B transporteren kan toch iedereen?

Ik wond me destijds op over het feit dat Den Blijker door de NS werd gevraagd om conducteurs gastheerschap bij te brengen.
Echt waar! That’s the blody limit! Zijn professie is koken, niet zorgen. Hoe kun je van een kok verwachten dat hij in staat is om gastheerschap over te brengen. Koks zijn commandanten.
Maar goed, ik sta langs de kant, zit niet meer actief in de horeca. Zie het allemaal gebeuren en schud dan vertwijfeld mijn hoofd. Missschien begrijp ik het niet meer.
Gevolg bleek wel dat Den Blijker iemand moest inhuren om zijn cursussen vorm te geven. Dat gold ook voor zijn Hotelserie. Immers Herman weet niets van hotelvoering af!

Begrijp me goed het ligt niet alleen aan Herman of Rudolf of wie dan ook. Het succes krijgen ze opgedrongen, maar ze gaan er graag in mee. Toch zou ik de mannen in het wit willen vragen om een lans te breken voor het zwart van het gastheerschap.

Gastheren en -vrouwen zijn van oorsprong bescheiden en zorgen dat gasten een perfecte avond of lunch kunnen hebben.

Onrust
Er is onrust op het front van de gastheren. Ze worden niet erkend en mogen niet op TV. Zo kwam een aantal voorstellen tot stand:

Enkele resultaten:
1) Er moet een Muurschildje komen om de zwarte brigade te onderscheiden; gastheerschap moet een meer sexy uitstraling krijgen.
2) Gastheer moet hoofdrol krijgen in een serie
3) Er moet een tv-Sommelier komen.

Prachtig, maar het is veel simpeler te zeggen. Koks koken en zijn er voor het lekker. Gastheren ontvangen en maken het leuk. Leuk en lekker zijn een prima span. Lekker is niks zonder leuk. Leuk redt het vaak nog aardig bij niet eens zo lekker, omdat niemand het door de sfeer merkt. Daar draait het hele verhaal om.
Simpel dus: zonder goede gastheer 4, geen leuke avond of lunch.

Koks stinken want ze staan in de keuken. Gastheren en -dames - waar er veel te weinig van zijn - maken de sfeer. Iedereen kletst over ervaringen, maar vergeet dat de kok naast goed koken hooguit moleculaire kunstjes kan gaan doen.
Nou ben ik nieuwsgierig of de TV het oppakt. Het zal wel blijven steken in de soap die gemaakt is van Therese en Jonnie Boer uit Zwolle rond de bouwperikelen van hun hotel.

En vóór ik op m'n lazer krijg: natuurlijk zijn er óók koks die het prima doen in de bediening. Maar dan 'doen' ze wel 'zwart', ook al houden ze hun witte sloof voor.
Dit artikel afdrukken