De Reclame Code Commissie gaf mij gelijk in mijn boosheid misleid te zijn door Unilever.

De zaak: doordat Unilever Lipton-thee in pyramidezakjes stopte en daarbij in reclame-uitingen beweerde dat "onafhankelijk onderzoek aantoont dat dit de lekkerste Engelse thee is die er bestaat", ging ik geloven dat het tenminste wel een stuk betere thee zou zijn dan de gebruikelijke massathee. Na aankoop volgde de teleurstelling dat dit niet het geval was.

Op de zitting bleek dat de thee inderdaad niet vergeleken was met betere thee, zoals je bijvoorbeeld in een speciaalzaak koopt. Sterker nog, het was alleen vergeleken met het putje van de markt: de massathee van C1000, Albert Heijn en Pickwick. Het betrof dus helemaal geen onafhankelijk onderzoek, maar een simpel concurrentieonderzoek.

Unilever verdedigde zich met de tegenwerping dat de gemiddeld geïnformeerde consument dit wel weet als hij zo'n reclame-uiting ziet. Met het onderzoek zou tweevijfde van de supermarkt verkochte thee zijnmeegenomen. De gemiddeld geïnformeerde consument weet, zo beweerden de juristen van Unilever, dat een tekst als "uit onderzoek blijkt dat er geen betere thee is" eigenlijk betekent: "van de grote massathee is die van Lipton beter en op de supermarktschappen en daarbuiten zou je best iets beters aan kunnen treffen".

Die interpretatie ging de Reclame Code Commissie te ver. De reclame was in haar oordeel misleidend en oneerlijk. Dat eenvijfde van de supermarktthee en alle thee buiten de supers niet is onderzocht is iets wat de gemiddeld geïnformeerde consument moet weten, anders is hij niet gemiddeld geïnformeerd en kan hij aankopen doen waar hij spijt van krijgt. Kortom, wanneer je zegt dat iets als beste getest is, moet je aangeven wat er is getest. Unilever heeft aangegeven dit in het vervolg ook te zullen doen.
Dit artikel afdrukken