Nederland middenmoter na sterke reductie
De SDa brengt het antibioticumgebruik bij meer dan 41.000 dierhouderijen en het voorschrijfpatroon van dierenartsen in kaart. Doel is door benchmarken, verbetertrajecten en ander beleid te komen tot een reductie in het antibioticagebruik en vermindering van antibioticaresistentie.
Binnen Europa is in Nederland het gebruik van antibiotica in de dierhouderij het sterkst verminderd. Dat wil niet zeggen dat we op eens het meest vooroplopende land zijn geworden. Nederland is niet langer een grootverbruiker en werd door het gebruik drastisch te verminderen een goede middenmoter. "Met inachtneming van de verschillen in structuur van de diersectoren in de Europese lidstaten is dit een resultaat waar alle betrokken partijen verheugd over zijn", schrijft de SDa. De Nederlandse aanpak staat internationaal in de belangstelling.
De resultaten over 2014
De SDa stelt vast dat het antibioticagebruik in de veehouderij in Nederland in 2014 nauwelijks verder afgenomen is. In de pluimveehouderij is het gebruik zelfs gestegen. Wel is er een verschuiving zichtbaar in de soorten antibiotica die worden ingezet. "De voor de volksgezondheid kritische middelen zijn in 2014 nog maar zeer beperkt gebruikt in de veehouderij" aldus de SDa. Het nulpunt is daar in zicht. De SDa gaat daarom nu ook buiten de reguliere veehouderij in kaart brengen hoe deze middelen gebruikt worden bij konijnen, katten, honden en paarden.
Verdere reductie, tot de 70% die minister Edith Schippers van Volksgezondheid voor 2016 ten doel stelt, zal niet in alle sectoren haalbaar zijnGrote verschillen
Tussen dierenartsen en bedrijven bestaan nog altijd grote verschillen in gebruik, constateert de SDa. Zo blijken "in de kalversector de 10 procent dierenartsen die de meeste antibiotica voorschrijven 33 keer meer voor te schrijven dan de 10 procent die het minst voorschrijven." Eén op de 3 dierenartsen schrijft meer antibiotica voor dan gewenst.
Voor meer inzicht in wat deze verschillen veroorzaakt, zullen de beschikbare antibiotica-gebruiksgegevens diepgaander moeten worden geanalyseerd. Is eenmaal duidelijk wat de succesfactoren zijn van bedrijven met een laag antibioticagebruik, dan kunnen die ook bij andere bedrijven toegepast worden.
'Laaghangend fruit'
Dat de reductie zou stagneren viel te verwachten, zegt Dick Heederik, voorzitter van het expertpanel van de SDa, op Boerderij. Nederland werkte aan de doelstelling om de antibioticaverkoop in 2014 met 50% te reduceren ten opzichte van 2014. Dat is gelukt, de reductie tot en met 2014 komt uit op 58,1%. Maar nu is al het 'laaghangend fruit' wel geplukt.
Verdere reductie, tot de 70% die minister Edith Schippers van Volksgezondheid voor 2016 ten doel stelt, zal niet in alle sectoren haalbaar zijn, waarschuwt Jos Werner, voorzitter van de SDa. Zij zeggen dat het zinvoller is in te zetten op de specifieke reductie van antibioticagebruik door de meest voorschrijvende dierenartsen, dan op een algemene target die niet haalbaar is.

Fotocredits: 'Pubervee voeren. In één keer vier hongerige kalverkoppen ieder in één emmer krijgen. Het blijft een sport!', Florina Blokland
Op 10 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Avined en de Gezondheidsdienst voor Dieren betwisten de omvang van de gesignaleerde stijging. Die zou te maken hebben met een andere grondslag voor de berekeningen. Dat schrijft Boerderij vandaag.
Dick #4, bij hoger hangend fruit denk ik primair aan versterking van de natuurlijke weerstand van de kippen en kalkoenen.
Immunologen noemen daarbij vaak:
- huisvesting en houderij met minder chronische stress
- aanpassingen in het voer, mede gericht op een veerkrachtiger darmflora
- mogelijk ook probiotica
- fokkerij en selectie meer richten op een betere natuurlijke weerstand, desnoods ten koste van een ietsje lagere productie per dier.
Wouter, weet jij ook waar het hoger hangende fruit bij de kippen en kalkoenen zit?
... en bij de vleeskippen kunnen velen nog steeds niet zonder antibiotica
wegens pootinfecties met Enterococcen.
Men is vorig jaar zelfs 21% meer antibiotica gaan gebruiken.
Terwijl minstens 10% van de vleeskippenhouderijen gewoon ZONDER antibiotica blijkt te kunnen.
En dan gaan piepen dat het dierwelzijn in de knel zou komen bij verdere reductie?
Wordt het niet een keer tijd voor structurele maatregelen, naming&shaming; en
effectieve tuchtrechtelijke maatregelen, vier jaar na het WUR-rapport waaruit bleek dat
meer dan de helft van de "gangbare" vleeskippen kreupel is?
Regelrecht genant hoe weinig de pluimveesector nog steeds blijk geeft van sense of urgency.
12% van het antibioticagebruik in de kalkoensector bestaat zelfs nog steeds uit 3e keuze antibiotica.
Dit is geen goed nieuws:
- stagnatie bij de kalveren (waar het gebruik ondanks een eerdere daling nog altijd zeer hoog is)
- hoger gebruik bij vleeskippen en kalkoenen.
Als het laaghangende fruit nu echt is geplukt moeten we naar het hoger hangende fruit gaan kijken.
Bij de kalveren stuiten we dan op de structuur. Die leunt voor meer dan de helft op import van kalveren uit meer dan 10 Europese landen. Dat is nauwelijks vol te houden zonder intensief gebruik van antibiotica. Dus als de sector nog niet werkt aan spreiding over Europa, kan ze daar maar beter snel mee beginnen. Ondernemen is vooruitzien.
De pijn voor de sector kan worden verzacht doordat er in Nederland na de melkquotering meer melkkoeien komen en dus meer Nederlandse kalveren. Het is verleidelijk om nu de capaciteit uit te breiden, maar dat zou kortzichtig zijn, want is solliciteren naar imagoschade, krimp en kapitaalvernietiging.