In de jaren 50, 60 en zelfs 70 waren allergieën nog redelijk onbetekenend. Maar de laatste decennia maken ze een forse opmars door. In Frankrijk is het aantal allergie-lijders de afgelopen 20 jaar verdubbeld tot inmiddels 25 to 30% van de inwoners. De WHO schat dat tussen nu en 2050 de helft van de wereldbevolking ergens allergisch voor zal blijken.
Wat is een allergie?
De Franse hoogleraar Denise-Anne Moneret-Vautrin (Université Henri-Poincaré de Nancy) definieertallergie in een artikel in Le Figaro als "een onjuiste en overdreven reactie van het immuunsysteem wanneer het lichaam in contact komt met een vreemde substantie die ten onrechte als gevaarlijk geïdentificeerd wordt." Het lichaam wordt door 'iets', een externe factor, tot een afweerreactie getriggerd.
Er zijn nogal wat van die externe factoren. Van de pollen in het voorjaar tot de de pindasporen in de koekjes. De top-10 van allergenen ziet er volgens Le Figaro als volgt uit:
1. Stof- en huismijten. Met elkaar verantwoordelijk voor 65 à 90% van alle kinderasthma's. Veel mensen met een stofmijtallergie zijn ook allergisch voor slakken, garnalen, schaaldieren en kakkerlakken.
2. Stuifmeel en pollen. De alombekende hooikoorts, die in feite drie seizoenen kent: vanaf februari/maart komen de boompollen in de lucht, gevolgd door de graspollen en het stuifmeel van kruidachtige planten. 7 tot 20% van de kinderen en 30% van de volwassen heeft met hooikoorts te maken. De zwaarte van de aanvallen hangt samen met het weer. Naar blijkt zijn mensen die gevoelig zijn voor berkenpollen ook gevoelig voor het stuifmeel van fruitbomen.
3. Voedingsmiddelen. Het meest voorkomend is de koemelkallergie. Vaak gaat die gepaard met allergieën tegen andere melksoorten, soja, pinda's en ei. Ook zijn steeds meer mensen glutenintolerant. Reden voor de wetgever om de voedingsmiddelenindustrie te verplichten van 15 bekende voedselallergenen op het etiket aan te geven of ze er in zitten. Het gaat dan om pinda, gluten, eieren, melk, vis, mosterd, soja, sesam, schaal- en schelpdieren, lupine, selderij, noten, sulfiet en slakken.
4. Huisdieren. Van hamsters tot koeien, ze kunnen allemaal allergieën veroorzaken via hun haren, speeksel, zweet of huidschilfers. De beste remedie: ze niet in huis halen of er bij uit de buurt blijven.
5. Medicijnen. Allergieën tegen antibiotica (penicilline) komen regelmatig voor. Minder bekend is dat ook ibuprofen, aspirine, contrastvloeistoffen, verdovingsmiddelen en vaccins een allergische reactie kunnen oproepen.
6. Schimmels. Schimmels en hun sporen komen zowel binnen- als buitenshuis voor. Zo'n 5 à 10% van de bevolking zou er allergisch voor zijn. Er zijn meer dan 80 000 schimmelsoorten bekend, waarvan er 4 berucht zijn voor hun allergie-veroorzakende werking (de Aspergillus, Alternaria, Penicillium en Cladosporium).
7. Insectensteken. Het gif van stekende insecten (wespen, bijen, mieren) kan een heftige allergische reactie oproepen. Tegen deze allergie kan een desensibilisatiebehandeling helpen, die blijkt bij meer dan 95% van de gevallen effectief.
8. Latex. Zo'n 1 tot 5% van de bevolking kampt met een latexallergie. Een grote blootstelling, bijvoorbeeld bij medische beroepen die latex handschoenen dragen, doet dat cijfer stijgen (tot 22%). Vaak is een latexallergie gekoppeld aan allergieën voor groenten zoals avocado, komkommer, banaan, kiwi, passievruchten en druiven
9. Cosmetica. Deze allergieën komen vooral tot uiting bij huidcontact.
10. Nikkel. Ook en contactallergie. Nikkel is berucht, maar ook chroom en kobalt zijn verdacht. De laatste jaren dragen piercings in ruime mate bij aan dit soort allergieën.
De ziekte van de eeuw
De WHO noemt allergieën 'de ziekte van de eeuw'. Sommige allergieën lijken niet te vermijden. De mijten en pollen zijn overal om ons heen. Maar zij worden wel een handje geholpen door de luchtverontreiniging, het feit dat we onze huizen beter isoleren, veel minder tijd buitenshuis doorbrengen en op een sedentaire levensstijl zijn overgegaan. Dat verklaart een groot deel van het oprukken van die allergieën.
De andere grote allergieënveroorzakende factor is wat we in onze mond stoppen. In de westerse landen krijgt inmiddels 10 tot 25% van de kinderen en 10% van de volwassenen met voedselallergieën te maken. Er zijn nu al meer dan 100 allergenen bekend. Maar omdat onze wereld, ook op het gebied van voedsel, steeds groter wordt, komen daar nog steeds nieuwe bij. Moneret-Vautrin zegt "Ieder voedingsmiddel kan een allergische reactie oproepen [..], zoals bijvoorbeeld bleek bij de introductie van de kiwi." Zij wijst ook op toename van allergische consulten in de jaren 1985-90, toen het voor de voedingsmiddelenindustrie de gewoonste zaak van de wereld werd om voedsel vergaand te bewerken. "Dat er allerlei stoffen toegevoegd werden of eiwitten geïsoleerd die vervolgens zonder hun complexe matrix in voedingsmiddelen gestopt worden heeft een negatief effect gehad op de darmflora."
Steriele leefstijl
En daar zit de crux. Een stevige, diverse en vooral gezonde darmflora vormt een beproefd fundament onder onze algehele gezondheid. Een theorie die geleidelijk aan meer aanhangers verwerft, is dat wij onze afweer verzwakken door een te 'steriele' leefstijl. We zuiveren ons drinkwater, ontsmetten, pasteuriseren en steriliseren ons een ongeluk en strooien met antibiotica tegen bacteriën en andere micro-organismen, of die nu goed of slecht voor ons zijn. De allergologen vragen het zich inmiddels af, of al die maatregelen eigenlijk niet het omgekeerde, onbedoelde, effect hebben ons kwetsbaar te maken zodat we in steeds heviger mate ten prooi vallen aan allergieën.
Fotocredits: 'Ragweed pollen', uitsnede, Carolina Biological Supply Company
Op 31 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Min of meer off-topic, maar de belangrijkste theorie die ik nog mis in #11 is tuberculose, of beter gezegd het verdwijnen ervan. Aangezien TBC een chronische infectie is, en mycobacterien in al hun simpelheid een flinke trukendoos hebben om het afweersysteem te omzeilen (wat leidt tot immuunmodulatie), is een verband tussen tbc en allergie weliswaar speculatief, maar voordehandliggend.
@ Peter.
Je zegt dat je vreest dat vreemde bacterien de balans in je flora kan verstoren.
Als dat waar zou zijn zou steriel eten het gezondste zijn. Maar de hygiene hypothese die steeds meer aanhang krijgt, zegt precies het tegenovergestelde .
De stabiliteit van iemands flora is zeer beperkt. Die varieert over de dag en met elke maaltijd. Juist de toevloed van steeds weer andere bacterien houdt het systeem complex en veerkrachtig. Maar daar hoef je inderdaad geen probiotica voor te nemen. Gevarieerd en vers en veel rauwmelkse kaas is ook prima.
Bij een intolerantie verdraagt je lichaam een bepaalde stof (of groep stoffen) niet (of maar beperkt). Dat kan verschillende oorzaken hebben, vaak is intolerantie gerelateerd aan een enzymdeficiëntie.
Een allergie ontstaat wanneer het lichaam een vreemd eiwit tegenkomt en besluit daar antistoffen tegen te maken. Daar is geen bezwaar tegen als het om schadelijke bacteriën of virussen gaat, maar soms maakt het afweersysteem de fout om een onschuldig eiwit te labelen als gevaarlijk. Wat precies de trigger is weten we niet, maar er wordt vermoed dat (virus-) infecties een rol spelen, celbeschadigingen door chemicaliën kunnen ook een rol spelen.
Ik denk dat een goede darmflora (maar ook de bacterieflora op je huid) van groot belang is voor je gezondheid. Als pathogenen aangepakt worden voor ze het lichaam infecteren is dat weer een infectie voorkomen. (Ik weet dat bacteriën onderling aan chemische oorlogvoering doen. Zolang dat mij beschermt zal ik niet klagen.)
Ik doe niet aan probiotica, volgens mij heb ik in de loop der jaren een darmflora gecultiveerd die bij mijn voedingspatroon en immuunsysteem past. De kans is groot dat het toedienen van vreemde bacteriën de balans verstoort en dat mijn darmflora daardoor verslechtert.
Krijg je allergie omdat je een bepaalde stof niet verdraagt, of verdraag je die stof niet omdat je immuunsysteem overgevoelig is. In de zgn pandastudie is aangetoond dat een rijkere darmflora tot 60% minder eczeem gaf bij babytjes uit atopische gezinnen.
Ik kijk naar de invloed van de darmflora.
En daar is iets over te melden dat in het kader van dit onderwerp wellicht de moeite waard is.
Samen met Frans Rombouts hebben we eens geprobeerd in te schatten hoeveel micro-organismen er vandaag in een dagelijks menu zitten en hoeveel dat in 1955 was.
Conclusie: nu ongeveer 1% van toen.
Dat is een kwantitatieve benadering.
Kwalitatief is het ook erg. Had 60 jaar geleden elke melkfabriek zijn eigen huisflora waar de yoghurt en de kaas mee gemaakt wordt, vandaag heb je met een stuk of 5 stammen 90% van alles wat er in de zuivelindustrie in heel Europa gebruikt wordt wel gehad. Bovendien zijn die stammen ook nog geselecteerd om snel een stabiele en goed smakende yoghurt te bereiden. Of die bacterien ook nog iets kunnen in onze darmen is de vraag. Een smallere flora leidt tot minder stabiliteit en daarmee een meer pro-inflamatoir citokinen profiel. Dat je dan op een stofje gaat reageren ligt voor de hand en ligt daarmee niet aan dat stofje. UitZoeken voor welk stofje je allergisch bent wordt dan zo iets als onder een lantaarnpaal naar je sleutels zoeken.
Astrid, er is een verschil tussen allergie en intolerantie. Bij een allergie reageert het immuunsysteem op een lichaamsvreemde stof (of op een afbraak- of reactieproduct van de vreemde stof). Bij een intolerantie treedt er om een andere reden een negatieve reactie op een stof op, een bekend voorbeeld is lactoseintolerantie, waarbij iemand beter geen melk kan drinken omdat het lichaam het enzym lactase, dat nodig is voor de vertering van lactose, niet aanmaakt.
Het lijkt er op dat jij intolerant bent voor een aantal voedingsmiddelen, je wordt pas "ziek" als je grotere hoeveelheden nuttigt. Iemand die allergisch is reageert al op spoortjes allergeen.