Om wereldwijd inzicht te krijgen in de actuele situatie, is een netwerk van duizenden vrijwilligers actief. Ook in Nederland helpen 'burgerwetenschappers' mee met het vangen en tellen van jonge alen en glasalen en het over barrières heen helpen van palingen. Dat laatste zowel letterlijk, door de dieren fysiek over te zetten, als door het stimuleren van maatregelen om barrières passeerbaar te krijgen en zo de migratiemogelijkheden te verbeteren.
Alen tellen
Dit jaar vindt op 20 april 'The Eel Count' plaats. Op talloze plaatsen in Nederland, maar ook in Groot-Brittannië, de VS (ook met de Amerikaanse aal gaat het niet goed), Spanje en België zullen alen geteld worden. Bij ons kun je op 42 locaties - bij gemalen, sluizen en stuwen - komen kijken hoe de getrainde vrijwilligers in kruisnetten aantallen meten om trends te bepalen om kennis te ontwikkelen. Op 21 april, World Fish Migration Day, worden de resultaten van de International Eel Count bekendgemaakt en de voorlopige resultaten van dit hele voorjaar.
Op de website van World Fish Migration Day, een Nederlandse initiatief dat opkomt voor 'vrijstromende' rivieren zodat trekvissen vrij spel hebben, kun je zien waar bij jou in de buurt je alen kunt komen tellen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
En we gaan ook de zalmtrek bijhouden, meldt NatureToday.
"Honderd jonge zalmen uit de Roer in Roermond worden de komende tijd op de voet gevolgd. Met behulp van zenders gaan onderzoekers kijken welke routes de trekvissen nemen naar zee, en waar ze op hun route tegenaan zwemmen. Het is de eerste keer in Nederland dat jonge wilde zalmen worden gezenderd aan het begin van hun lange tocht richting Groenland."
De zalmen hebben een zendertje gekregen waarvan de signalen geregistreerd worden door ontvangers aan boeien op verschillende plaatsen in de rivier, het Haringvliet en de haven van Rotterdam. Het project maakt deel uit van het Droomfondsproject Haringvliet, dat de terugkeer van de steur in Nederland beoogt. "Het Haringvliet is het oorspronkelijke wengebied van de steur. In dit overgangsgebied kunnen deze trekvissen wennen aan het zoute water van de zee." Nu in september de Haringvlietsluizen op een kier gaan, is het van belang inzicht te krijgen in welke routes trekvissen kiezen en welke obstakels ze tegenkomen.
Om het de paling (en de glasaal, en de zalm, zeeforel, bot en spiering) weer makkelijker te maken heen en weer te zwemmen tussen zoet en zout water, gaat Nederland bij de Afsluitdijk een 'vismigratierivier' aanleggen - en dus een 'gat' in de Afsluitdijk maken -, schrijft De Volkskrant.
Het werk aan de "vier kilometer lange, slingerende waterweg die het IJsselmeer weer een open verbinding geeft met de Waddenzee. Zo uitgekiend dat vissen vrijelijk heen en weer kunnen, maar er geen zout water het IJsselmeer in kan stromen" gaat dit najaar van start, duurt tot 2022 en kost €55 miljoen.
"In Nederland was de intrek net als voorgaande jaren laag", meldt NatureToday.
In totaal hebben 1.300 citizen scientists uit de VS, VK, België en Nederland alen geteld - en gaan daar ook de komende weken nog mee door. "Langs de Nederlandse kust liggen de gemiddelde aantallen nu rond die van voorgaande jaren met een lage intrek, we hopen dat de aantallen nog verder toenemen richting het einde van het seizoen," klinkt het.
Ook in België zijn de aantallen tot nu toe laag: "In een aalpassage bij Nieuwpoort werden vorig jaar 65.000 glasalen geteld, met een piek begin april. Op dit moment zijn er in België met 40 mensen op drie locaties slechts 10.000 geteld."
Dus veel mensen op de been; komend weekend is het ook nog bijen tellen