Het klinkt als een antieke wetenschapsfantasie, met een hoog Jules Verne-gehalte, zoiets als flogiston of tellurische aardstralen, maar het schijnt echt te bestaan. In 2018 werd er al melding van gemaakt bij muizen, nu bevestigt een Zweedse onderzoeksgroep dat ook mensen het hebben: gravitostat. Bepaalt het draagvermogen van onze botten hoe zwaar we mogen zijn?
In dat knutselwoord zijn de begrippen ‘graviteit’ en ‘homeostase’ te ontdekken, de zwaartekracht en het biologische evenwicht in het lichaam. Het verschijnsel houdt in dat de werking van de zwaartekracht op de massa van het lichaam bepaalde metabole processen in het lichaam dusdanig beïnvloedt, dat het gewicht daardoor verandert. Het zou (mede) een verklaring zijn voor de grotere mate van obesitas bij mensen met een sedentaire leefstijl dan bij mensen die actief zijn. Die dus veel staan en lopen, want gravitostat zit in de benen.
Botten
In 2018 publiceerden onderzoekers van de universiteit van Gothenburg hun hypothese. Het dierlijke skelet is niet een domme hoop botten, maar een levend orgaan met verschillende hormonale processen. Osteocyten (botcellen) scheiden bepaalde hormoonstoffen uit – en dat is cruciaal- naarmate ze zwaarder of minder zwaar belast worden: het verschil tussen zitten en staan. Die hormonen vormen samen een feedbacksysteem dat de homeostase beïnvloedt, de innerlijke biochemische balans in het lichaam.
Het hormoon leptine, dat uitgescheiden wordt door vetweefsel, controleert de energiebalans en een verstoring daarvan (genetisch of door ziekte) leidt vaak tot obesitas. Ook heeft leptine een functie bij de ontwikkeling van botten, maar volgens de Zweedse onderzoekers staat gravitostat daar los van.
Gewichtjes
Het bestaan van gravitostat werd aangetoond aan de hand van proeven met muizen, die gewichtjes omgegord kregen. Ze werden onder gelijke omstandigheden vergeleken met muizen die niet verzwaard werden. Het bleek dat de verzwaarde muizen gewicht verloren, terwijl ze hetzelfde aten en deden als de andere.
Een muis is geen mens, en daarom ontwierpen de onderzoekers een ‘proof of concept’-onderzoek met 69 iets dikke proefpersonen. De ene helft kreeg een vest te dragen dat 11% woog van hun lichaamsgewicht. Zij wogen dus 111% van hun uitgangsgewicht. De anderen kregen eenzelfde vest dat 1% van hun uitgangsgewicht woog; zo creëerden de onderzoekers 10% verschil in gewicht. De deelnemers werd gevraagd het vest acht uur per dag gedurende drie weken te dragen. Verder werd gevraagd of ze zo veel mogelijk wilden staan en bijhouden wat ze aten. Hun bloed werd geregeld getest.
Vest
De meetgegevens leunen zwaar op de rapportage van de deelnemers zelf. Hoe goed het ook opgezet was, echt geblindeerd en gerandomiseerd was het onderzoek niet, zeggen de wetenschappers zelf. Wie het zwaarste vest om kreeg, merkte dan uiteraard in het gebruik.
Niettemin durven ze deze gevolgtrekking aan:
De conclusie is dat een hogere gewichtsbelasting het lichaamsgewicht en de vetmassa bij zwaarlijvige proefpersonen op een vergelijkbare manier verlaagt als voorheen bij zwaarlijvige knaagdieren het geval was. Deze bevindingen tonen aan dat er een homeostatische regulatie van het lichaamsgewicht is, die afhankelijk is van de gewichtsbelasting. Dat ondersteunt de gravitostat-hypothese ook bij mensen.
Lichaamsvet
Het verlies aan lichaamsgewicht duidt op een verminderde vetopslag. Maar of dat minder subcutaan vet is (op dijen en billen) of visceraal (in de buik rond de organen), kon niet worden vastgesteld. Dat is wel van belang. Het eerste is wat het vetmetabolisme betreft ongevaarlijk, maar het tweede niet, dat verhoogt de inflammatie en kans op ziekte. Gravitostat kan misschien wel het lichaamsvet sturen, maar of het iets betekent voor een gezonde stofwisseling is niet duidelijk.
Hoe het precies werkt, welke mechanismen of biochemische processen er geactiveerd of onderdrukt worden, vertelt dit onderzoek niet. Met de evolutie in het achterhoofd kan het erop lijken dat de gravitostat-sensoren in de botcellen misleid worden. Als je zit, lijk je lichter. Als je staat, ben je zwaarder. Het lichaam weet precies wat het moet doen.
Dit artikel afdrukken
Botten
In 2018 publiceerden onderzoekers van de universiteit van Gothenburg hun hypothese. Het dierlijke skelet is niet een domme hoop botten, maar een levend orgaan met verschillende hormonale processen. Osteocyten (botcellen) scheiden bepaalde hormoonstoffen uit – en dat is cruciaal- naarmate ze zwaarder of minder zwaar belast worden: het verschil tussen zitten en staan. Die hormonen vormen samen een feedbacksysteem dat de homeostase beïnvloedt, de innerlijke biochemische balans in het lichaam.
Het zou (mede) een verklaring zijn voor de grotere mate van obesitas bij mensen met een sedentaire leefstijl dan bij mensen die actief zijnDe onderzoekers benoemden gravitostat als een apart systeem, om aan te geven dat het een op zichzelf staand reeks processen en interacties is. Het staat los van het leptine-systeem, het enige andere bekende feedbacksysteem dat het lichaamsgewicht beïnvloedt.
Het hormoon leptine, dat uitgescheiden wordt door vetweefsel, controleert de energiebalans en een verstoring daarvan (genetisch of door ziekte) leidt vaak tot obesitas. Ook heeft leptine een functie bij de ontwikkeling van botten, maar volgens de Zweedse onderzoekers staat gravitostat daar los van.
Gewichtjes
Het bestaan van gravitostat werd aangetoond aan de hand van proeven met muizen, die gewichtjes omgegord kregen. Ze werden onder gelijke omstandigheden vergeleken met muizen die niet verzwaard werden. Het bleek dat de verzwaarde muizen gewicht verloren, terwijl ze hetzelfde aten en deden als de andere.
Een muis is geen mens, en daarom ontwierpen de onderzoekers een ‘proof of concept’-onderzoek met 69 iets dikke proefpersonen. De ene helft kreeg een vest te dragen dat 11% woog van hun lichaamsgewicht. Zij wogen dus 111% van hun uitgangsgewicht. De anderen kregen eenzelfde vest dat 1% van hun uitgangsgewicht woog; zo creëerden de onderzoekers 10% verschil in gewicht. De deelnemers werd gevraagd het vest acht uur per dag gedurende drie weken te dragen. Verder werd gevraagd of ze zo veel mogelijk wilden staan en bijhouden wat ze aten. Hun bloed werd geregeld getest.
Vest
De meetgegevens leunen zwaar op de rapportage van de deelnemers zelf. Hoe goed het ook opgezet was, echt geblindeerd en gerandomiseerd was het onderzoek niet, zeggen de wetenschappers zelf. Wie het zwaarste vest om kreeg, merkte dan uiteraard in het gebruik.
Niettemin durven ze deze gevolgtrekking aan:
Lichaamsvet
Het verlies aan lichaamsgewicht duidt op een verminderde vetopslag. Maar of dat minder subcutaan vet is (op dijen en billen) of visceraal (in de buik rond de organen), kon niet worden vastgesteld. Dat is wel van belang. Het eerste is wat het vetmetabolisme betreft ongevaarlijk, maar het tweede niet, dat verhoogt de inflammatie en kans op ziekte. Gravitostat kan misschien wel het lichaamsvet sturen, maar of het iets betekent voor een gezonde stofwisseling is niet duidelijk.
Hoe het precies werkt, welke mechanismen of biochemische processen er geactiveerd of onderdrukt worden, vertelt dit onderzoek niet. Met de evolutie in het achterhoofd kan het erop lijken dat de gravitostat-sensoren in de botcellen misleid worden. Als je zit, lijk je lichter. Als je staat, ben je zwaarder. Het lichaam weet precies wat het moet doen.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Arjan #1 , daar lees ik niets over in het onderzoek (link naar het gehele artikel is de rode '69' in de tekst, niet heel duidelijk). Maar ik denk dat ze dat niet hebben hoeven onderscheiden, want het ging ze om het totale gewichtsverlies. Het is niet zo dat je van veel gewicht meetorsen afvalt (dan zou iedereen die zwaarlijvig is daardoor afvallen, dat is gek) maar van extra 'exogeen' gewicht.
Arnold #2, dat is ook de eerste helft van het antwoord aan jou. Een extra belasting door zo'n gewichtsvest op het beendergestel maakt gravitostat kennelijk overijverig. Niet het lichaamsvet dat geleidelijk toeneemt. Verder is gewichtstoename niet een kwestie van calorieën-erin en calorieën-eruit. De energiebalans wordt in belangrijke mate door terugkoppelingssytemen, hormonaal, maar niet alleen hormonaal, gereguleerd. (Dat is geen nieuwe kennis. Toevallig ben ik nu met een stuk bezig nav een webinar van Kevin Hall waarin dat kraakhelder wordt uitgelegd, volgt later deze week).
Verder geeft de gravitostat natuurlijk stof tot verder denken. Moeten we een loodvest dragen als we willen afvallen? Is staan belangrijker dan bewegen? Hoe groot is de invloed van gravitostat als terugkoppeling op het energieverbruik? En wat we ook willen weten is hoe het precies werkt in die botcellen. Dit onderzoek beperkt zich tot het aantonen van de juistheid van de gravitostat-hypothese. Maar misschien is een hierop gebaseerde gewichtsverliestherapie niet ver weg!
Huib, betekend dat dan ook dat als je zwaarder wordt dat gewicht automatisch de balans weer in evenwicht brengt????
En is er dus iets anders wat overgewicht veroorzaakt, het verschil van energie opname en verbranden (verbruiken)?
Of spelen geestelijke en lichamelijke processen, en in relatie daarmee hormonale processen, daarin ook een rol? Hebben die complexe processen, naast ondervoeding, ook invloed op ons metabolisch proces?
Huib, gewicht dragen kost energie. (Hoe) hebben de onderzoekers voor dit effect gecorrigeerd?