De Interkerkelijke Organisatie voor Ontwikkelingssamenwerking (ICCO) is het niet eens met de speech van staatssecretaris Frank Heemskerk (EZ) op 1 juli tijdens het Schokland-evenement. ICCO vindt dat consumenten in Europa juist niet gebaat zijn bij vrijhandel met Europa. Zeventig procent van de consumenten in ontwikkelingslanden zijn volgens de organisatie ook zelf landbouwproducenten. ICCO startte op 21 mei een campagne om handtekeningen en foto’s in te zamelen voor eerlijke handel met ontwikkelingslanden. De organisatie wil dat de landen de kans krijgen een eigen markt voor voeding te ontwikkelen.
Zeventig procent van de Afrikaanse bevolking leeft van de verkoop van eigen landbouwproducten. De invoer van goedkope Europese producten verkleint hun afzetmarkt en dus hun inkomen. Door de stijgende import werden volgens ICCO 111.000 Afrikanen werkloos. De import van ingevroren kippendelen zorgde er volgens de organisatie voor dat kippenboeren in Kameroen, Senegal en Ghana hun bedrijven moeste sluiten. Maar ook maïsboeren, plukkers, slachtbedrijven en veeartsen verloren werk.
Van het vlees dat Nederland naar Afrika exporteert voldoet volgens ICCO 85% niet aan Europese normen. Dit is een bedreiging voor de gezondheid van Afrikanen. In het rapport van ICCO, ‘Voedsel bedreigd’, laat de organisatie zien dat de snelle handelsliberalisatie landen in sub-Sahara Afrika de afgelopen twintig jaar € 209 miljard kostte: hetzelfde bedrag dat de landen aan ontwikkelingshulp ontvingen.
De organisatie overtuigde met de start van de campagne op 21 mei een aantal kamerleden van de noodzaak zich in te zetten voor eerlijke handel. De handtekeningen die ICCO via de website ‘Aanpakkendiehandel’ inzamelt, wil de organisatie in september aanbieden aan minister Koenders voor Ontwikkelingssamenwerking en staatssecretaris Frank Heemskerk voor Economische Zaken.
bron: VMT
Dit artikel afdrukken
Zeventig procent van de Afrikaanse bevolking leeft van de verkoop van eigen landbouwproducten. De invoer van goedkope Europese producten verkleint hun afzetmarkt en dus hun inkomen. Door de stijgende import werden volgens ICCO 111.000 Afrikanen werkloos. De import van ingevroren kippendelen zorgde er volgens de organisatie voor dat kippenboeren in Kameroen, Senegal en Ghana hun bedrijven moeste sluiten. Maar ook maïsboeren, plukkers, slachtbedrijven en veeartsen verloren werk.
Van het vlees dat Nederland naar Afrika exporteert voldoet volgens ICCO 85% niet aan Europese normen. Dit is een bedreiging voor de gezondheid van Afrikanen. In het rapport van ICCO, ‘Voedsel bedreigd’, laat de organisatie zien dat de snelle handelsliberalisatie landen in sub-Sahara Afrika de afgelopen twintig jaar € 209 miljard kostte: hetzelfde bedrag dat de landen aan ontwikkelingshulp ontvingen.
De organisatie overtuigde met de start van de campagne op 21 mei een aantal kamerleden van de noodzaak zich in te zetten voor eerlijke handel. De handtekeningen die ICCO via de website ‘Aanpakkendiehandel’ inzamelt, wil de organisatie in september aanbieden aan minister Koenders voor Ontwikkelingssamenwerking en staatssecretaris Frank Heemskerk voor Economische Zaken.
bron: VMT
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Fair trade helpt vaak wel degelijk de boeren in ontwikkelingslanden, al gaat daar natuurlijk ook wel eens iets mis bij. Op http://www.onzewereld.nl/index.php?id=2&command=bekijk&vormgeving=popup&config=newsflash&rec=9130 kun je lezen over een succesvol fair trade project. Het is een gelijkwaardige manier om met boeren in ontwikkelingslanden om te gaan: de boer levert een kwalitatief goed en duurzaam geproduceerd product en krijgt een eerlijk loon waarvan hij de dokter en de school van z'n kinderen kan betalen. Ontwikkelingslanden schieten er nog meer mee op als ze hun producten zelf kunnen verwerken (bv koffie branden) en zonder allerlei handelsbeperkingen op de Westerse markt kunnen brengen. Dat is tegen het eigenbelang van het Westen en zal dus niet zo snel gebeuren.
@ Wouter. Tot voor kort was Fairtrade een populairder begrip in het Noorden dan in het Zuiden.
Ik wil er op wijzen dat blijkbaar niemand weet hoe het nog verder moet. Dus stel ik dialoog voor.
Ons begrip van vrije handel is vaak ook anders ingevuld dan in het Zuiden. Vergeet niet dat een land als Ghana, maar ook bijv. India, tot voor kort een vorm van staatsgeleide economie had.
Onder druk van WTO (waar het Noorden en vooral de US de dienst uitmaken) e.d. wordt aangestuurd op 'vrije handel'. Maar welek vrije handel? Zelfs de Wereldbank weet hoe langer hoe minder van welk hout pijlen maken. Reden: vrije handel is een ideologie. Die staat of valt met de praktijk en die is weinig rooskleurig. Ik geeftoe dat Fairtrade ook een vorm van ideologie is. Dus wederom: dialoog!
@Steven,
Het is mooi dat boeren samen gaan staan en voor hun gezamenlijke bealngen opkomen.
Maar de initiatieven die je noemt, evenals het pamflet van Iccol, komen alle uit op het begrip 'fair', zonder daar een duidelijke omschrijving of omlijning van te geven.
Het hoofddoel van ontwikkelingshulp is dat landen op eigen benen komen te staan. De landbouwproducten zijn dat vaak niet. De oplossing m.i. is dus om landbouwproducten te gaan telen die wel concurrerend zijn (bijzondere koffiesoorten bv), ofwel om boeren om te gaan scholen, zodat ze waarde kunnen toeveoegen aan grondstoffen. FT-initiatieven, begrijp ik, slagen daar lang niet altijd in.
Het ICCO hierboven zegt dat de ontwikkeling naar een vrije handel TE snel gaat, maar zegt niet hoe snel dit dan wel moet gebeuren. Daar zit het probleem.
@ Wouter : Een betere landbouw begint bij regeringen en multinationale instellingen en ondernemeningen die luisteren naar de producenten. Of eerder nog, hun belangen ondergeschikt maken aan die van de producenten. Landbouwproducten, net als geneesmiddelen, zijn geen GSM's of DVD's.
Gelukkig beginnen steeds meer landbouworganisaties de handen in elkaar te slaan om samen voor hun rechten op te komen. In Hasselt proberen we de lokale landbouwers te verzoenen met hun collega's uit het zuiden. Want jarenlange propaganda van de grote, gebonden boerenorganisaties hebben landbouwers wereldwijd tegen elkaar uitgespeeld en opgezet.
Interessant: de Dakar Declaration.
Overigens: landbouwproducten zijn in grote meerderheid geen handelswaar. De meeste boeren telen voor eigen levensonderhoud! Dat vergeten we in de Lage Landen nogal eens makkelijk, omdat hier nog amper 3% of wat actief is in de landbouw. En wat daar geproduceerd wordt is vooral handelswaar.
Steven, een betere landbouw ben ik ook voor, maar wat is dat?