Langdurig, preventief gebruik van visoliesupplementen beschermt de hersenen van ouderen tegen de vermindering van hersenfuncties en de gevolgen van ziekten als Alzheimer. Dat is de uitkomst van een langlopend onderzoek van Brown University en het Rhode Island Hospital.

Meestal geen harde bewijzen
Het aantal studies naar de werking van visolie is even groot als de verwachting van hun werkzaamheid hoog is. Deze langeketenvetzuren zijn ook bekend als omega-3 en worden aangeduid met de afkortingen EPA, DHA en ALA. Ze worden ‘essentieel’ genoemd omdat het lichaam ze niet zelf kan aanmaken. (Strikt genomen geldt dat alleen voor ALA). Visolie krijgen we binnen uit vette vis of in de vorm van capsules.

Ze gelden als wondermiddeltjes met meerdere fysiologische effecten, onder meer op het cholesterolpeil, het ontstaan van hart- en vaatziekten, hartritmestoornissen en ontstekingsreacties. Maar harde bewijzen voor de meeste van deze gunstige effecten ontbreken.

Hersenfunctie en -volume slinken minder bij visoliegebruikers
De onderzoekers baseerden zich bij het opzetten van de studie op het onderscheid tussen resultaten die te zien zijn na interventies in solide, vergelijkende onderzoeken en resultaten die na lange tijd gebruik van visolie te zien zijn. In het eerste geval is het moeilijk om een uitkomst toe te schrijven aan de visolie. In het tweede geval blijkt dat oudere personen aanzienlijk minder snel verslechteren als ze lange tijd visolie gebruiken.

In totaal werd van 819 ouderen de hersenfunctie en het hersenvolume bijgehouden. Van een deel was bekend dat ze visolie gebruikten en dat bleven doen tijdens de duur van de studie. Anderen deden dat niet. Een aantal ouderen leed tijdens het onderzoek aan Alzheimer.

Bij de gebruikers van visolie werd gezien dat delen van de cerebrale cortex minder slonken dan bij niet gebruikers. Hippocampusatrofie gaat gepaard met verlies van geheugenfunctie. Het komt veel, maar niet uitsluitend voor bij Alzheimerpatiënten. Visoliegebruikers hadden er minder last van.

Geen effect op genetisch bepaalde Alzheimer
Opmerkelijk was dat alzheimerpatiënten met de ApoE4 genvariant, de sterkste van de bekende genetische factoren bij het ontstaan van Alzheimer, geen baat hadden bij visolie.

De onderzoekers zeggen op basis van dit onderzoek niet te kunnen concluderen dat er een causaal verband bestaat tussen visoliegebruik en verminderde hersenfunctie en –volume. Ze stellen wel voor grootschaliger onderzoek te doen naar de effecten van visoliegebruik op langere termijn bij ouder wordende personen.
Dit artikel afdrukken