Het FD bericht over onderzoek van VU-econoom Mauro Mastrogiacomo voor het Nederlands Dagblad. Daaruit blijkt dat 45% van de Nederlandse huishoudens een te kleine financiële buffer heeft. Voor zijn onderzoek hanteerde hij de minimale drempel van €3550 zoals het NIBUD die hanteert. Uit een dergelijke buffer moeten gezinnen bijv. onvoorziene uitgaven zoals het stukgaan hun koelkast, wasmachine of auto kunnen opvangen zonder in de problemen te komen.

Vorig jaar lag dit percentage nog op 40%. Mastrogiacomo stelt dat mensen hun financiële buffer steeds vaker moeten aanspreken vanwege de crisis en de stijgende werkloosheid. Een kwart blijkt niet over spaargeld te beschikken. Dergelijke gegevens werpen een duidelijk licht op de consumptieve vraagstukken waar Nederlanders voor staan. Een toenemend deel van de monden die in Nederland gevoed moeten worden zal zijn te geringe of niet bestaande buffer moeten compenseren door onder meer te besparen op de aankoop van dagelijkse consumptie goederen zoals voedsel. Het zou interessant zijn te berekenen welk percentage van het inkomen van de door Mastrogiacomo onderkende groepen van 45% met te weinig en 25% zonder buffer de afgelopen 2 jaar aan voedings- en genotmiddelen werd besteed.
Dit artikel afdrukken