Eerst even dit. In de rubriek 'OK?' kijkt Foodlog aan de hand van het gesprek hoe Nederland naar producten kijkt. Dat doen we steeds vanuit verbazing: waarom slaat het publiek soms wel en soms niet aan op de kritiek die iemand spuit.

Omgaan met knetterende gekte
Weidemelk is voor ons domweg een case die we wilden bespreken. Zo zullen er meer volgen. In de harde werkelijkheid buiten Foodlog komen zulke cases aan de lopende band voor. Onlangs voelde bijvoorbeeld Unilever zich door een uitzending van Radar gedwongen zijn Kipnoedels voortaan vegetarisch te noemen (hoewel daar warenwettelijk geen enkele reden toe is).
Gekte vraagt onorthodoxe communicatie
Whole Foods stopte onlangs schielijk met gepelde sinaasappels omdat een twitteraar zich boos maakte over een verpakking die schandalig want niet nodig zou zijn (terwijl de winkels uitpuilen van de verpakkingen, dus waarom vatte die ene nou juist vlam?).
Al wat langer geleden besloot Albert Heijn zijn ossenstaartsoep voortaan rundvleessoep te noemen omdat er geen ossenstaarten in zaten volgens de Keuringsdienst van Waarde. AH veranderde daarom de naam in Rundvleessoep. Commercieel een dom besluit, want de klanten die om Ossenstaartsoep kwamen, kunnen die niet meer vinden. Daarom kopen ze gewoon wat anders. Ossenstaartsoep is taalkundig een begrip dat staat voor een smaak en type soep. Unilever hield vast aan de naam, maar veranderde de ingrediënten in reactie op de Keuringsdienst.
Wat zou er gebeurd zijn, als ze niets hadden gedaan? Niets, of zouden mensen de straat op zijn gegaan? En waarom gaat een bedrijf de ene keer wel en de andere keer niet om?

Dat proberen we op Foodlog in te schatten door het er over te hebben in de serie OK? Dat doen we een beetje om rust te krijgen in onze knotsknettergekke tijden. Als dat soms eerst even voor hoge golven zorgt, dan accepteren we dat. Beter hier, dan bij Zembla. Wie dat niet begrijpt, kan beter een andere krant nemen. Gekte vraagt onorthodoxe communicatie.

'Weidegang' is communicatief zo kwetsbaar als de pest omdat het woord veel breder geïnterpreteerd dan de melk kan waarmaken. Daarom kon Zembla Hin en zijn stichting in hun hemd zetten
'Imago-dingetje'
De door de Stichting Weidemelk vastgestelde normen voor wat zuivelaars 'weidemelk' mogen noemen, zijn afgeleid van de Europese normen voor de biologische melkveehouderij. Dat zijn doorgaans niet de minste. Toch is met grote regelmaat hier en daar kritiek te horen op de suggestie die het woord weidemelk wekt. Ook wij kregen die kritiek van verschillende kanten te horen na onze oproep om items voor OK?
De kritiek werd voor het eerst groot gemaakt in de Zembla-uitzending die de opschalende Nederlandse melkveehouderij aan de kaak stelde. Kees-Jaap Hin, secretaris van de Stichting Weidegang kwam niet weg met de verklaring dat zijn stichting zorgt voor weidegang. De makers van Zembla pinden hem vast op het feit dat de grazige wei niets met de voedingskundige kwaliteit van de melk te maken had; bovendien vonden ze 120 dagen van 6 uur te weinig weidegang. De Nederlandse weidemelk werd afgeschilderd als een 'imago-dingetje' dat moet verbloemen dat de Nederlandse koeienboeren maar 1 doel hebben: steeds meer melk maken. Daar zijn nieuwe en grotere stallen voor nodig, want dat gaat niet in de wei. 'Weidegang' is communicatief zo kwetsbaar als de pest omdat het woord veel breder wordt geïnterpreteerd dan de melk kan waarmaken. Daarom kon Zembla Hin en zijn stichting in hun hemd zetten.



Koeien die gemiddeld 120 dagen gedurende 6 uur naar buiten gaan, hebben een rantsoen dat voor zo'n 30% uit zelf gegraasd kraakvers gras bestaat
Wie nog een column moet schrijven of een programma over die alsmaar uitbreidende veehouderij wil maken, zal precies op die voor het publiek logisch klinkende plekken prikken. Hoe leg je immers in een soundbite uit dat we in de winter Lidls '100% weidemelk' kopen van koeien die op stal staan? Dat moet je tenslotte doen in een communicatieve context waar de bouw van megastallen en mestoverlast producerende boeren je via alle media om de oren vliegen. En hoe leg je uit dat die melk gemaakt is van hooguit 30% door de koe zelf gegraasd gras? Je moet oproeien tegen kritische gezondheidsbloggers en diëtisten die graag meer omega-3 in natuurlijke voedingsmiddelen terug willen zien, onder meer in melk. Koeien die gemiddeld 120 dagen gedurende 6 uur naar buiten gaan, hebben een rantsoen dat voor zo'n 30% uit zelf gegraasd kraakvers gras bestaat. Dat verse gras zorgt voor de door het publiek zo geliefde vetzurensamenstelling van melk met een hoog natuurlijk omega-3 gehalte. Vers gemaaid vers levert al een lagere kwaliteit, zo tonen wetenschappelijke studies aan.

Wie de suggestie niet vermijdt dat weidemelk van weidegras is gemaakt, manoeuvreert zichzelf in een kwetsbaar parket, ook al kan hij zich beroepen op normen die tot de hoogste behoren.1 Zembla maakte er korte metten mee. Dat theater is moeiteloos te herhalen door iedereen die er brood in ziet.

weidemelk eet gras


Volgens Hin is de Stichting Weidemelk opgericht omdat de Nederlandse zuivelaars willen laten zien dat ze bijdragen aan het landschap en vinden dat de koe buiten moet kunnen
Landschap en welzijn
Gistermiddag belde Kees-Jaap Hin me. Hij vond dat Foodlog onterecht suggereerde dat de Stichting niet zorgvuldig zou zijn met de beperkte claim dat weidemelk 120 dagen 6 uur naar buiten voor de koe betekent. Hij vond tevens dat we suggereerden dat de Stichting claimt dat er weidegras in weidemelk zou zitten, terwijl hij nou juist strijdt voor het vermelden van de tekst zoals die op ieder pak melk te vinden is en het voorkomen van suggestieve claims.

Volgens Hin is de Stichting Weidemelk opgericht omdat de Nederlandse zuivelaars willen laten zien dat ze bijdragen aan het landschap en vinden dat de koe buiten moet kunnen. Of ze daar gelukkiger van wordt, weet nog altijd niemand zeker - ook al tonen foto's duidelijk dat ze het af en toe erg leuk vindt. Hoe dat ook zij, Hin stuurde me deze tekst waarin hij de doelstellingen van de Stichting Weidegang verwoordt:

De Stichting Weidegang stimuleert weidegang omdat we vinden dat koeien en de wei bij elkaar horen. Onze prachtige weidelandschappen zijn door de eeuwen heen gevormd door de melkveehouderij. Het is een mooi gezicht om daar koeien in te zien grazen. Daarnaast kunnen koeien in de wei hun natuurlijke graasgedrag uiten. De Stichting bied kennisprogramma’s voor melkveehouders om het vakmanschap dat bij weidegang hoort te promoten. Daarnaast hebben we de weidemelk geïntroduceerd om consumenten de mogelijkheid te bieden bewust te kiezen voor weidegang. Daarmee houden ze het landschap in stand en bieden ze de koe een hoger welzijn. Alleen melkveehouders die hun koeien minstens 120 dagen en minimaal 6 uur weidegang geven, mogen melk leveren voor producten waar het logo op gebruikt wordt. De 120/6 norm is negen jaar geleden afgeleid van de biologische melkveehouderij en is op dit moment zelfs strikter.1 Weidezuivel wordt in een gescheiden keten van andere zuivel geproduceerd. Omdat we volstrekt duidelijk willen zijn, communiceren we wat we doen op letterlijk iedere consumentenverpakking.

In de winter is 120/6 eerlijke stalmelk
Kraakhelder worden
Als de Stichting wil voorkomen dat straks weer iemand Nederland wil laten vinden dat weidegang een wassen neus is, zou de Stichting Weidemelk moeten overwegen om helemaal kraakhelder te worden.

Tegen de achtergrond van de voortdurende nieuwsstroom en de daardoor gevormde maatschappelijke gevoelens over stallen, landschappen, stront en gezondheid, zou ik alle rimram en mogelijk verkeerde suggesties de nek omdraaien. Vernieuw en vergeet die weidemelk, kies 120/6 melk*". De tekst op dat Lidl-pak kan dan ook meteen veel kleiner. Dat maakt marketeers blij, want op die plek doen ze graag andere dingen. Bovendien ontstaat de mogelijkheid om ook nog een 120/8 of een 150/6 melk te maken. Zo krijg je meteen de broodnodige differentiatie in het melkaanbod. De volvette '150/8- natuurlijke omega-3' (met meer vers gras dus) wordt vast een duurbetaalde hit. Maak er trouwens ook meteen seizoensmelk van. In de winter is 120/6 eerlijke stalmelk. In de zomer vermeldt het pak natuurlijk 120/6S - dan is het immers weer buitenseizoen.
En uiteraard, of het nou '120/6 melk' of iets anders moet worden, is onze zaak niet. Het gaat om het idee
Zo zou je het gezeik kunnen vermijden. Bij het '*' zou in kleine lettertjes kunnen staan 'draagt bij aan natuurlijk koegedrag en de instandhouding van het Hollands weidelandschap.' Als je dan ook nog een landschapsarchitect inschakelt om mooi ogende stallen te bouwen voor die andere 240 dagen, zie ik Zembla of de Keuringsdienst daar geen lullige uitzending meer van maken.

En uiteraard, of het nou '120/6 melk' of iets anders moet worden, is onze zaak niet. Het gaat om het idee. Het is slechts een goed bedoelde raad, die gebaseerd is op de discussie die we hier gisteren hebben gezien. 'Weidemelk' is te kwetsbaar door de associaties die het woord oproept. De weliswaar duidelijk afgedrukte 'kleine lettertjes' die uitleggen dat weidemelk niet meer dan '120/6' betekent, helpen daar niet echt bij als melkfabrikanten ondeugend gras-associaties aan hun verpakking meegeven. Dat merkten we op twitter, onze Facebookpagina en op Foodlog zelf.

1 de 120 dagen met 6 uur weidegang zijn afgeleid van de oorspronkelijke norm voor de biologische melkveehouderij. Inmiddels hanteert biologisch geen normen meer. Het kan dus gebeuren dat biologische melk afkomstig is van minder weidegaande koeien.

Fotocredits: Koeien boer Wantenaar uit Soest voor het eerst na de winter naar buiten, 21 maart 2016, FrieslandCampina
Dit artikel afdrukken