’t Is warm. De zomer is begonnen. De damesbladen staan vol recepten voor salades en frisse drankjes die we in onze buitenkamers sfeervol genietend naar binnen werken. Als ’s lands grootste krant zich druk maakt om een leguaan die plots rebels voor zijn vrijheid kiest door in de Leidse Maresingel te duiken, dan is het zover. Het is komkommertijd.

Nederlandse tuinders maken per jaar zo’n 425 miljoen kilo van die groene jongens. Ze gaan voor het overgrote deel naar onze oosterburen. Soms zijn ze een beetje kort. Dat zijn de vruchten die aan de stam groeien. Of ze zijn lang. Dat zijn de vruchten die aan de ranken groeien. Soms hebben ze een plastic jasje en soms zijn ze biologisch geteeld. Meer variatie is er niet. Als consument ben ik altijd een beetje op mijn hoede, want koop ik nu een lekkere of is het weer zo’n zuur ding. Aan de buitenkant zie je het niet, want in de koelcellen blijven ze netjes hard en groen. Inmiddels weet ik van de tuinders dat er nogal wordt gespeculeerd met die dingen. Hoe langer bewaard door handel of super, des te viezer.

Dat de tuinders weinig aan komkommers verdienen is inmiddels wel bekend. Rabobank heeft de komkommerteelt een gevoelige stoot onder de gordel gegeven door in de visie ‘beter met minder’ ondernemers te adviseren naar een ander product uit te kijken. Veel perspectief zit er niet in die teelt vindt de bank. Dat klinkt allemaal niet erg opbeurend. Ik wil het verhaal liever eens omdraaien. Zijn er nog kansen voor komkommer? Jullie eten allemaal wel eens komkommers. Zou het een ramp zijn als die lekkere saladegroente en dorstlesser zou verdwijnen? Zo nee, stop nu dan maar met lezen. Zo ja, zijn jullie tevreden of moet er toch wel wat gebeuren met dat product? Moeten de tuinders bijvoorbeeld een lekkere verse tzatziki gaan maken? Of een verse komkommerdrank? Nieuwe soorten? Of moeten er andere dingen met komkommers gebeuren om u nog warm te laten lopen voor zo’n frisse groene jongen. Kom op: maak me gek!




Even pollen:


Dit artikel afdrukken