Nadat professor en receptencolumnist Marcus Huibers in de Volkskrant had laten weten dat hij zich voor lul gezet voelde door een ongenuanceerde Roos Vonk, sloeg ze afgelopen weekend verrassend terug. In dezelfde krant liet ze in een lang artikel weten toe te juichen dat mannen aan hun te kleine piemel hun te grote auto uit worden gesleept en dat ze vastberaden blijft vleeseters neer te zetten als a-sociale laagopgeleide randdebielen.

Het eten van vlees is een verdelingsvraagstuk. Hoe meer mensen, hoe minder vlees we kunnen maken en hoe minder mensen ervan kunnen eten. Vlees is dus een luxe, maar niet voor Vonk. Volgens haar is vlees eten verboden. Dat is een persoonlijk en geen universeel standpunt. We vinden het lekker en dat is heel natuurlijk, maar van haar mag dat niet. En zo is het met wel meer dingen, zegt ze. Lees even mee: Het gevoel is sterk verbonden met onze instincten. Het zorgt ervoor dat we doen wat goed voor ons is: eten, exploreren, verliefd worden, vrijen, je best doen om erbij te horen of status te verwerven, reageren op iemand die op je tenen gaat staan in de tram of die op je werk met je ideeën aan de haal gaat. Maar omdat veel instincten niet altijd meer adequaat zijn, motiveert het gevoel ons ook tot gedrag dat juist slecht voor ons is – te veel eten, doorgaan met verslavingen zoals roken, drinken, of onbeantwoorde liefdes of – slecht voor de medemens – explosief reageren als iemand iets doet wat ons niet bevalt, of andere vormen van emotionele incontinentie of – slecht voor het grotere collectief – vlees eten, vliegen, indruk maken met een dikke auto. Aan het slot van haar stuk geeft Roos Vonk zich bloot. Daar wordt duidelijk wie ze is en waar ze voor staat. Mensen moeten ophouden zichzelf te zijn. Weg met onze natuurlijke drijfveren. Wippen, eten en slapen aan de kant. Ze zegt: Dat is ook de essentie van emotionele volwassenheid en beschaving: het vermogen om hedonisme te overstijgen ten behoeve van morele waarden en langetermijndoelen. Het vermogen om verder te kijken dan je neus lang is, in plaats van te wachten tot een ander het doet. Niet te denken aan ‘wat wil ik hebben’, maar aan ‘wie wil ik zijn’. Als we die mate van zelfintegriteit bereiken, wie weet, krijgen we dan ook de regering die we daarmee verdienen, en die de rest doet.

Ik pleit er zelf regelmatig voor: met negen miljard mensen (en hopelijk niet meer) op deze aarde, zullen we tot een cultuur van verdraagzaamheid en eerlijke verdeling van de buit moeten komen. Maar betekent dat dat ik geen vlees meer mag eten en door Vonk's keuze aan m'n pik moet worden getrokken? Natuurlijk niet. Kennelijk is Vonk's zelfintegriteit en beschaving niet de mijne. Ik verdien een tik op m'n neus als ik alles voor mezelf hou en dieren afbeul. Niet als ik vlees eet, deel met anderen en het welzijn van het dier respecteer.Nu ik Roos Vonk's derde actie na haar hooglerarenbrief zie concludeer ik dat ze na jaren van meewarige - zeer onterecht, concludeerden we hier - onderdrukking van de vegetariër door de vleeseter, haar kans schoon ziet en het militante onverdraagzame veganisme wil introduceren. Oog om oog, tand om tand, wil ze me stichten als een moderne Calvijn. Ze start een XXI eeuwse kruistocht tegen de vleeseter die zich een onbeschaafde hufter binnen haar ascetische wereld moet gaan voelen.

We kunnen er nog heel lang over lullen, maar mensen hebben knobbelkiezen. Die hebben ze omdat van nature vleeseters zijn. Ze kunnen kiezen om het anders te doen, maar ergens in die randdebielen zit het beest dat ook beesten eet. Dat denkt Vonk's hooggeleerde Maastrichtse collega in de psychologie Marcus Huibers ook. Instemmend en met gevoel voor humor citeerde hij Homer Simpson die het simpel duidelijk maakte: 'If God didn't want us to eat animals, why did He make them out of meat?'

Afgelopen week verklaarde de volstrekt onverdachte milieugoeroe George Monbiot dat we rustig vlees kunnen eten, zolang het maar uit de korte CO2 cyclus komt. Dat doet vlees van nature. Je moet met dat vlees en het voer dat er voor nodig is dus niet teveel heen en weer slepen, dan kost het nl. olie en dat is CO2 uit de lange cyclus. Met 'kort vlees' is dus niks mis. Kort vlees? Ja, uit de korte CO2-cyclus. Dat is vlees dat niet lullig is en waarvan niemand kan zeggen dat je een te kort pikkie hebt als je het eet. Kort vlees moest maar het nieuwe modewoord worden voor goed vlees.

Het piemel-denken van Roos doet me denken aan een Franse uitdrukking, 'elle est mal baisée' (nee, pak maar een woordenboek). Het zal toch niet aan haar David liggen?
Dit artikel afdrukken