Dat zei voormalige WUR-bestuurder Aalt Dijkhuizen in Brussel tijdens de landbouwborrel van de Nederlandse landbouwwoordvoerders van het Europees Parlement. Europa heeft enkele jaren geleden extra regels opgelegd aan zijn eigen eiersector, maar laat die niet ook gelden voor geïmporteerde eieren. Daarmee bederft de EU de markt voor zijn eigen eieren. "Er is sprake van een ridicule situatie", zei Dijkhuizen volgens Boerderij.

Meer uitstoot
Europese pluimveehouders kozen voor nieuwe huisvestingssystemen omdat de legbatterij niet meer is toegestaan. Verwerkende bedrijven blijven echter batterij-eieren kopen omdat die goedkoper zijn. Dijkhuizen vreest dat Nederland spijt zal krijgen van hogere eisen op gebied van dierenwelzijn omdat die een hogere CO2-uitstoot zou opleveren. "Dierenwelzijn kost hoe dan ook uitstoot", zegt hij. Hij ziet liever een hoogproductieve landbouw en veeteelt.

Collectief faillissement
Foodlog analyseerde de nu ook door Dijkhuizen geschetste eiercrisis uitgebreid. Dijkhuizen vergeet te melden dat boeren als collectief niet in staat zijn gebleken wat minder te maken. De EU gokte erop dat er meer zouden stoppen zodat het aanbod vanzelf zou verkleinen en er minder, maar grotere levensvatbare bedrijven zouden ontstaan. Dat gebeurde niet omdat er onvoldoende bedrijfsstakingen onder boeren waren en boeren onder druk van bankleningen maximaal doorproduceren.

Nu er sprake is van overaanbod op de dierwelzijnsmarkt staat het overgrote deel van de legsectoren niet alleen in Nederland, maar ook in Frankrijk de facto voor een collectief faillissement. Die 'ridicule situatie' had niet hoeven te ontstaan als er tijdens de omschakeling van legbatterijen naar scharrelhouderijen enige regie was gevoerd, hetzij door de overheid, hetzij door de boerenorganisaties.

Fotocredits: Resource WUR
Dit artikel afdrukken