Foodlog schreef het vanmorgen al: de vogelgriep in Hekendorp is bijzonder omdat de ziekte doorgaans bij open houderijvormen wordt vastgesteld. Hekendorp toont aan dat ook gesloten houderijsystemen niet kunnen worden gevrijwaard van virale infecties. In dit geval zelfs van de zeer besmettelijke H5N8 variant.

Niet via mest van overvliegende vogels
Boerderij sprak met Jan Workamp, sectormanager pluimvee van de Gezondheidsdienst voor Dieren. Hij vertelt dat de getroffen pluimveehouder uit Hekendorp zich afgelopen vrijdag bij de dierenarts meldde met hoge uitvalcijfers onder zijn dieren. Sectie op de dode dieren toonde besmettelijke vogelgriep aan. Het blad schrijft: Dat een gangbaar bedrijf waarbij de dieren binnen zitten, is getroffen, zal een nieuw licht gaan werpen op de discussies over vogelgriep, zo verwacht Workamp. Tot nu toe werden meestal bedrijven met dieren in uitloop getroffen door laagpathogene varianten van vogelgriep. Het idee daarbij is dat de dieren de besmetting opdoen via mest van overvliegende watervogels. In dit geval in Hekendorp kan daarvan geen sprake zijn.

Pleidooien voor 'rationele besluiten'
Daar staat met zoveel woorden dat als zorgvuldig tegen besmetting van buitenaf beveiligde bedrijven toch besmet kunnen worden, die zorgvuldigheid nader onder de loep zal moeten worden genomen. Zeker in een dichtbevolkt land als het onze, waar jaarlijks ruim 400 miljoen kippen worden geproduceerd. Elders in Boerderij wordt door sectorvertegenwoordiger Gert-Jan Oplaat gepleit voor 'rationele beslissingen'. Daarmee bedoelt hij het op gang houden van de slacht- en handelsstromen omdat de Nederlandse kippensector weinig financiële reserves heeft om zich stilstand te kunnen veroorloven. Ook Jan Odink, die de kipverwerkende industrie vertegenwoordigt, laat zich in soortgelijke termen uit over de slachterijen.

Fotocredits: Brug Hekendorp, vitamindave
Dit artikel afdrukken