Nederland ziet waterstof als een belangrijke schakel in de verduurzaming van de industrie. Honderden miljoenen aan subsidies zijn toegekend aan waterstofprojecten. "Voorbarig", zegt Roland Kupers, klimaatadviseur van de Verenigde Naties in het Financieele Dagblad. We weten namelijk niet hoeveel waterstof weglekt.
Voordat er een nieuwe industrie opgetuigd wordt met een gas dat nog veel makkelijker ontsnapt dan methaan, moet lekkage onder controle zijn
"Waterstof is een zwaar indirect broeikasgas, vele malen sterker dan CO2," zegt Roland Kupers in het FD. Het indirecte zit 'm in het feit dat waterstof de afbraak van methaan, ook een zwaar broeikasgas, in de atmosfeer vertraagt. Het voorbarige van het grootschalig inzetten op waterstof zit 'm in het feit dat we niet weten hoeveel waterstof er ontsnapt.

Waterstofmoleculen kunnen zelfs door stalen pijpen heen ontsnappen, omdat ze zo klein zijn, vertelt Kupers.

Eenmaal in de atmosfeer bindt waterstof zuurstof en vertraagt het de afbraak van met name methaan. Kupers is een expert op het gebied van methaan. Hij gaf bij Shell leiding aan de lng-tak, richt zich sinds 2009 op het terugdringen van de emissies van methaan en is een van de initiatiefnemers van het International Methane Emissions Observatory bij de Verenigde Naties. Volgens Kupers is er geen wetenschappelijk onderbouwde kennis over de hoeveelheid waterstof die feitelijk ontsnapt. "Er zijn geen empirische metingen, alleen aannames."

Die aannames zijn niet mis. Volgens een recente EU-studie zou tot wel 20% ontsnappen bij vervoer van waterstof over lange afstanden. En laat dat langeafstandsvervoer nu juist zijn waar Nederland groot op inzet. "De havens van Rotterdam en Amsterdam hebben de afgelopen jaren intentieverklaringen getekend met een groot aantal landen om waterstof naar Nederland te verschepen. Het gaat onder andere om landen als Chili, Mauritanië, Oman, Australië en Namibië," schrijft het FD.

Lekkage
Onverstandig, zegt Kupers. Zowel het transport over lange afstand als het Gasunie-waterstofnetwerk zijn geen goede ideeën. Ook al verzekeren partijen als de Gasunie dat er 'emissievrij' ontworpen wordt, zowel voor het hergebruik van gasleidingen als bij de aanleg van nieuwe waterstofleidingen.

Kupers brengt daar tegenin dat het al sinds een aantal jaren bekend is dat ook twee tot vier procent van methaan uit werkprocessen ontsnapt zonder dat we weten hoe en waar. "Voordat er een nieuwe industrie opgetuigd wordt met een gas dat nog veel makkelijker ontsnapt, moet lekkage onder controle zijn", vindt hij dan ook.

Kupers pleit tegen de vervanging van kolen en gas in de zware industrie met waterstof die elders groen is geproduceerd vanwege zowel de weglek als de inefficiëntie van waterstof. Hij bepleit elektrificatie. De stroom van de windparken op bijvoorbeeld de Noordzee zou direct kolen- en gascentrales moeten vervangen. Dat levert volgens hem "meer klimaatvoordeel op voor minder geld." Vraag is echter wel hoe je de grote industriële draaiend houdt op het moment dat er te weinig wind is. Zolang er te veel is (wat ook voorkomt) zou je lokaal waterstof kunnen maken en opslaan voor gebruik op dalmomenten.

Klimaatvoordeel ziet Kupers vooral komen van een snellere uitrol van hernieuwbare energie en een grotere rol voor 'elektrificatie met groene stroom' in Europa. Niet grootschalig via waterstof dus. Want elektriciteit heeft nog een groot voordeel: dat kun je veel efficiënter over hele lange afstanden vervoeren, met gelijkstroomkabels. Die lekken niet.