Annechien ten Have is voorzitter van de vakgroep Varkens van LTO, de grootste boerenkoepel van ons land. Ze is betrokken bij het kunstenaarsproject Foodprint in Den Haag. Daarin gaat het over stadslandbouw en wordt onder meer voorgesteld om varkens te gaan houden in de stad. Architect Winy Maas - die ooit de omstreden, maar diervriendelijke en duurzame varkensflat tekende - ontwikkelde met een team van The Why Factory een aantal mogelijke ontwerpen, variërend van platte lange tot hoge gestapelde varianten en het een en ander daartussen.
Hier verschijnt woensdag a.s. een interview met Ten Have over de toekomst van de varkenshouderij in Nederland en over haar redenen om als varkensvoorvrouw mee te werken aan Varkens in de Stad.
Morgenochtend is ze alvast op de radio te horen over varkens in de stad bij de KRO om tien over tien op Radio 1.
Op de site van Trouw waren de eerste kritieken van het publiek al te horen. Ook de lokale Haagse PvdA schoot al flink op het plan, want het is de bedoeling dat een stadsvarkenshouderij op de Binckhorst in Den Haag wordt gerealiseerd. Volgens de PvdA horen varkens ver weg van mensen te worden gehouden omdat ze stinken, stof maken en MRSA veroorzaken. Misschien ook wel omdat we minder vlees moeten eten en we dus helemaal niet moeten laten zien hoe het tot stand komt en dat dieren gedood worden om het te kunnen eten.

Toen ik zelf tijdens de opening van Foodprint zelf een met redenen omkleed pleidooi hield voor varkens in de stad zat de Westlandse groententeler Rob Baan in de zaal. Hij vertelde me een paar dagen later dat naast hem werd gefluisterd of ik gek was geworden. Den Haag telt immers heel wat moslims. Alsof de duivel ermee speelde reisde ik afgelopen week volkomen toevallig met de Nederlands-Californische Debra Solomon van Montpellier naar Amsterdam. Ook zij is betrokken bij Foodprint, maar ze is tegen varkens in de stad. Niet omdat ze joods is, maar omdat ze allochtonen hun traditionele kippen en schapen in de wijk wil laten houden. Terwijl we het erover hadden zei m’n andere reisgenoot - een praktische Limburgse die haar jeugd tussen de kippen doorbracht – ‘Kippen? Weet je wel hoe dat ruikt?’ Het begint me meer en meer te dagen. Het varken is een multicultureel vraagstuk en misschien wel een onderwerp waarin de essentie van de toekomst van onze moderne eetcultuur is vervat. Het dier leeft al duizenden jaren met ons samen. We temden het zwijn zodanig dat het als varken uitstekend aangepast raakte om met ons samen te leven. Op dit moment proberen we het gelukkiger te maken door het weer te kunnen laten wroeten in de moderne stallen waarin we het houden.
Omdat duurzaam in de mode is, zou het varken dat ook moeten zijn. Het is ons duurzame vuilnisvat omdat het hetzelfde eet als wij, zodat hoogwaardige eiwitten die wij over hebben niet het vuilnisvat en de verbrandingsoven in hoeven en daar als eiwitten verloren gaan, maar behouden blijven voor de voedselketen. Wouter Klootwijk schreef ooit een even aards als helder stuk over varkens in de stad omdat wij en zij voor elkaar bestemd zijn. Velen willen er niet meer aan. Om oude, religieuze eetwetten, of om moderne zoals de duurzaamheid van het vegetarische geloof, vetangst of dierengeluk. Anderen juist wel, om het respect voor het dier dat we eten te herstellen en om te laten zien dat je dieren duurzaam en diervriendelijk kunt houden.

Met Annechien ten Have – een ras Groningse - had ik het over verleden, heden en toekomst van de varkenshouderij in Nederland. Waar moet het heen met dat geweldige dier – in zes maanden groeit het uit van 1 kilo big tot 100 kilo smakelijk vlees – dat niet meer rendabel te krijgen lijkt, terwijl de varkenshouderij in 2013 moet voldoen aan nieuwe zware eisen vanuit de overheid en kan rekenen op voortdurende kritiek van de dierenbeweging.
Woensdag verder dus.
Dit artikel afdrukken