Onwetenschappelijkheid moet even streng worden bestreden als homofobie en racisme, zegt John Beddington. Hij is de hoogste adviseur van de Engelse regering inzake wetenschappelijkheid. Beddington gaat zelfs zover om journalisten op te roepen tot intolerantie. Tegen domme onwetenschappelijkheid. Met name in de pers. Een boeiende oproep met verreikende consequenties.

Een voorbeeldje uit Nederland. De Nederlandse volksopstand tegen de megastallen spreidt zich van provincie tot provincie. De media voeden het debat met graagte. Van de weeromstuit besloten de boeren in Brabant maar in zee te gaan met Wakker Dier, dat ieder beest buiten wil laten lopen. In Nederland zijn dat er jaarlijks 450 miljoen, midden in het meest dichtbevolkte gebied van de wereld. Zelfs bij een - economisch onhaalbare - inkrimping van de veestapel tot een derde is dat een illusie. GroenLinks deed begin deze maand een voorstel dieren een bij wet verplicht recht op vrije uitloop te geven. En we vinden het normaal.Geen journalist die zegt 'wat is dat voor wartaal?' Alle beesten buiten maken ons ziek. Niettemin hebben we in Nederland zelfs een hoogleraar in de humane geneeskunde die waarschuwt tegen dierziekten, maar toch pleit voor dieren buiten.

Laten we het wetenschappelijk en koelbloedig zeggen: of alle beesten gaan eruit (naar plekken waar ze niet buiten zullen worden gehouden, tant pis - dat is de consequentie) of alle beesten gaan naar binnen. Daar zit niks tussen, dus hou 'es op met dat al dat pseudo-intellectuele en politieke geouwehoer.

PS: een procentje van al die beesten mag natuurlijk wel blijven als ze buiten moeten, maar waar hebben we het dan over? We hebben het doodsimpel over het afschaffen van een economische sector, net zoals we ooit besloten de scheepsbouw maar af te drijven omdat er niets meer aan te verdienen viel. Het werkelijke besluit dat hier genomen moet worden is: willen we nog op de een of andere manier zelfvoorzienend zijn in onze voedselproductie, te ja of te nee. Voorlopig wordt bij implicatie gekozen voor een luid "neen". Zeg dat eens hardop en laten we het dan gaan hebben over wat dat over een jaar of 20 gaat betekenen. Dan zullen de voedseltekorten in de wereld voelbaar worden en de prijzen pas echt flink gaan stijgen. Met alle gevolgen voor onze economie, want dan gaat de prijs van een brood en spruit pas echt concurreren met die van je mobieltje en je vakantie. De serieuze productieketens zullen dan verhuisd zijn, want Rotterdam en Antwerpen verliezen hun functie in de aanvoer van grondstoffen en verwerking en de verwerking van de daaruit resulterende mega-reststromen tot dierenvoer. Daar zal tegen die tijd alleen nog kant-en-klaar product worden aangevoerd. Hier zal alleen nog stervensduur vers te koop zijn. Mensen met een lapje grond zullen weer rijk zijn, want zij kunnen hun eigen spul verbouwen en een varken en paar kippen houden. Voor vleesvervangers is geen geld meer en de consumptie van vlees zal weer ouderwets bescheiden proporties aannemen. Wie kan, wordt weer eigen boer, net als in vroeger tijden hier en nu nog steeds in de Derde Wereld. Lokale voedselsystemen, zo heet dat in modern ambtenarenjargon. Eigenlijk wel geweldig, want het zal afgelopen wezen met vraatzucht en overconsumptie. Op alle terreinen. Eindelijk 'duurzaam'. Maar realiseer je tegelijk dat voedsel de nieuwe olie is, waar het op aarde om gaat draaien.

Nogmaals, het zijn allemaal keuzen. Maar benoem ze bij hun wetenschappelijke en koelbloedige naam. Dan weten we waar we het over moeten hebben.
Dit artikel afdrukken