Hilal Elver is de opvolger van Olivier de Schutter, de roemruchte voormalige VN rapporteur voor het recht op voedsel. Ze is nog niet buitengewoon opgevallen, maar deed afgelopen week een opmerkelijke uitspraak.
Volgens het zichzelf progressief noemende nieuwsblog Common Dreams stelt Elver in aanloop naar de Klimaattop in Parijs voor om het industriële denken over landbouw 'te dumpen'.
'Agroecologie'
Die gangbare manier van werken zou vervangen moeten worden door wat Elver 'agroecologie' noemt. Wat dat precies is, benoemt ze niet. Onder meer de Franse regering probeert een nieuwe inhoud aan dat geiten-wollen-sokken-begrip te geven. In Nederland spant professor Louise Vet zich in voor een modernere en economische opvatting, waarvan de relatie met de klassieke agroecologie van grondlegger Miguel Altieri vooralsnog onduidelijk is. Diezelfde onduidelijkheid geldt voor de positie die SlowFood voormannen Carlo Petrini en Joris Lohman kiezen. In een afgelopen week gepubliceerde tekst spreken zij zich uit tegen de gangbare landbouw en voor toekomstige kleinschaligheid. Hoe dat eruit ziet, definieerde Lohman als 'een enorm grijs gebied' tussen groot- en kleinschalig. Dat zou het gebied kunnen zijn dat de Franse minister Le Foll overeind lijkt te willen houden tegen de op kostprijs én met landbouwsubsidies winnende multinationale landbouwfabricage die zich ontwikkelt in het Oosten van het EU-gebied.
Uit de woorden van Elver blijkt wel dat de notie 'agroecologie' van de VN nadrukkelijker gezien moet worden vanuit kleinschaligheid en het creëren van directe ketenrelaties tussen producent en consument in zich ontwikkelende landen. Dat zal ervoor zorgen dat minder mensen de landbouw en het platteland kunnen verlaten. Bij implicatie zorgt dat ervoor dat ze minder welvaart van buitenaf zullen kunnen aankopen en zich hoofdzakelijk tevreden moeten stellen met het welzijn dat ze economisch slechts zullen kunnen realiseren door hun voedselproductie en de eigen verwerking daarvan.
Common Dreams ziet dan ook een gelijkenis tussen de uitspraken van Elver en die van La Via Campesina, een beweging die voor een boereneconomie pleit die op zichzelf staat. Die autonomie betekent geen of slechts minimale tussenkomst van handel, verwerking en verkoop door derden. Die drie factoren laten een boer zijn productie aan mensen buiten zijn productiegebied afzetten, zodat hij meer kan verdienen, knechten in dienst kan nemen, af en toe vakantie kan nemen, een auto, de laatste mode, een tablet en een mobiele telefoon kan kopen.
Multinationale landbouwbedrijven
De basisbeginselen van de moderne landbouw zijn gebaseerd op het betaalbaar maken van voedsel voor iedereen zodat welvaart zou ontstaan op het gebied van non-food behoeften naast voldoende voedsel. De gemechaniseerde landbouwproductie is daar tot op heden de basis voor geweest. Door arbeidskosten uit te sparen, kon voedsel goedkoop worden en kon een omvangrijke non-food economie ontstaan. In Europa zorgt die weg uiteindelijk voor het uitschudden van de meer dan duizend jaar oude oude boerenlandbouw. In plaats daarvan ontstaan multinationale landbouwbedrijven die de mechanisering naar niveaus zullen brengen zoals die tot op heden alleen in jonge landbouwnaties als VS en Brazilië bestonden.
Stelling
Elver en La Via Campesina bepleiten het 'dumpen' van die dominante manier van werken in de oude rijke wereld, omdat klimaatverandering de fabrieksmatige landbouw kwetsbaar maakt. Als steeds grotere delen van de landbouw voor een groeiend deel van de wereldbevolking afhankelijk worden gemaakt van niet flexibel aan de omstandigheden aan te passen productieprocessen, dreigen samenlevingen te worden geconfronteerd met mislukkende oogsten en dus honger. Daarbij komt dat verdere industrialisering van de landbouw een groter beroep op fossiele brandstof onvermijdelijk maakt.
Die centrale stelling lanceerde Elver afgelopen week met zoveel woorden.
Fotocredits: Hilal Elver, UN Women
Dit artikel afdrukken
'Agroecologie'
Die gangbare manier van werken zou vervangen moeten worden door wat Elver 'agroecologie' noemt. Wat dat precies is, benoemt ze niet. Onder meer de Franse regering probeert een nieuwe inhoud aan dat geiten-wollen-sokken-begrip te geven. In Nederland spant professor Louise Vet zich in voor een modernere en economische opvatting, waarvan de relatie met de klassieke agroecologie van grondlegger Miguel Altieri vooralsnog onduidelijk is. Diezelfde onduidelijkheid geldt voor de positie die SlowFood voormannen Carlo Petrini en Joris Lohman kiezen. In een afgelopen week gepubliceerde tekst spreken zij zich uit tegen de gangbare landbouw en voor toekomstige kleinschaligheid. Hoe dat eruit ziet, definieerde Lohman als 'een enorm grijs gebied' tussen groot- en kleinschalig. Dat zou het gebied kunnen zijn dat de Franse minister Le Foll overeind lijkt te willen houden tegen de op kostprijs én met landbouwsubsidies winnende multinationale landbouwfabricage die zich ontwikkelt in het Oosten van het EU-gebied.
Uit de woorden van Elver blijkt wel dat de notie 'agroecologie' van de VN nadrukkelijker gezien moet worden vanuit kleinschaligheid en het creëren van directe ketenrelaties tussen producent en consument in zich ontwikkelende landen. Dat zal ervoor zorgen dat minder mensen de landbouw en het platteland kunnen verlaten. Bij implicatie zorgt dat ervoor dat ze minder welvaart van buitenaf zullen kunnen aankopen en zich hoofdzakelijk tevreden moeten stellen met het welzijn dat ze economisch slechts zullen kunnen realiseren door hun voedselproductie en de eigen verwerking daarvan.
Als steeds grotere delen van de landbouw voor een groeiend deel van de wereldbevolking afhankelijk worden gemaakt van niet flexibel aan de omstandigheden aan te passen productieprocessen, dreigen samenlevingen te worden geconfronteerd met mislukkende oogsten en dus honger.Via Campesina
Common Dreams ziet dan ook een gelijkenis tussen de uitspraken van Elver en die van La Via Campesina, een beweging die voor een boereneconomie pleit die op zichzelf staat. Die autonomie betekent geen of slechts minimale tussenkomst van handel, verwerking en verkoop door derden. Die drie factoren laten een boer zijn productie aan mensen buiten zijn productiegebied afzetten, zodat hij meer kan verdienen, knechten in dienst kan nemen, af en toe vakantie kan nemen, een auto, de laatste mode, een tablet en een mobiele telefoon kan kopen.
Multinationale landbouwbedrijven
De basisbeginselen van de moderne landbouw zijn gebaseerd op het betaalbaar maken van voedsel voor iedereen zodat welvaart zou ontstaan op het gebied van non-food behoeften naast voldoende voedsel. De gemechaniseerde landbouwproductie is daar tot op heden de basis voor geweest. Door arbeidskosten uit te sparen, kon voedsel goedkoop worden en kon een omvangrijke non-food economie ontstaan. In Europa zorgt die weg uiteindelijk voor het uitschudden van de meer dan duizend jaar oude oude boerenlandbouw. In plaats daarvan ontstaan multinationale landbouwbedrijven die de mechanisering naar niveaus zullen brengen zoals die tot op heden alleen in jonge landbouwnaties als VS en Brazilië bestonden.
Stelling
Elver en La Via Campesina bepleiten het 'dumpen' van die dominante manier van werken in de oude rijke wereld, omdat klimaatverandering de fabrieksmatige landbouw kwetsbaar maakt. Als steeds grotere delen van de landbouw voor een groeiend deel van de wereldbevolking afhankelijk worden gemaakt van niet flexibel aan de omstandigheden aan te passen productieprocessen, dreigen samenlevingen te worden geconfronteerd met mislukkende oogsten en dus honger. Daarbij komt dat verdere industrialisering van de landbouw een groter beroep op fossiele brandstof onvermijdelijk maakt.
Die centrale stelling lanceerde Elver afgelopen week met zoveel woorden.
Fotocredits: Hilal Elver, UN Women
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Aardig stuk van Oscar Garschagen in de NRC over de vleesconsumptie in China en megastallen met de lengte en breedte van landingsbanen. Zit wellicht achter betaalmuur.
@Jur: hoe het echt zit is niet vast te stellen, als je een zwak hebt voor family farming (daar zijn er nogal wat van, ik reken me er zelf ook toe) selecteer je uit de overvloed van cijfers, tabellen en statistiek juist dat wat je goed uitkomt, casu quo kom je tot een groot aandeel in het totaal door die kleintjes. Ik heb 3 jaar in Kenia aan een bonenproject in Kenia meegewerkt, bonen voor de bevolking (bonen = tweede voedselgewas), daar liepen de cijfers over het areaal en de oogsten nogal uiteen; al naar gelang men wilde wijzen op de nood van de bevolking liep dat op tot 100 of 200% verschil. Het punt was, die bonen waren bijna steeds hapsnap tussen andere gewassen in geplant, en niemand had zelfs maar flauw idee van oogsten en overschotten (op locale markten). Toch zullen maar weinig ministeries of FAO representatives dat toegeven, cijfers genoeg en te over, grabbelen maar, en plaatjes en grafieken maken. Daar draagt toe bij dat family farming niet goed te definieren valt, valt boer Richard met 1000 melkkoeien er bijvoorbeeld onder? Je kunt ook die 2 ha niet als bovengrens pakken, want op 1 ha kun je al heel wat fruit, noten en groenten verbouwen voor de markt, waarvan je zelf maar 1of 2 % zelf op kunt. En als 50% van je bevolking in de landbouw zit, hoef je maar weinig overschot te produceren, om voorbeeldje te noemen: niet meer dan 20 kippen/bedrijfje voor totale eierconsumptie van stad en land samen. Bij 25% zou dat 40 worden. Vele kleintjes samen, dat zet al snel aan! Omdat het bij ons zo totaal anders is, is het moeilijk je daar nog iets bij voor te stellen! In China (zie hierboven) komen de 2 systemen nog gewoon naast elkaar voor, de kinderen die in Shanghai wonen en werken eten uit de megastallen van #94, en de ouders ervan waar ze met nieuwjaar op bezoek gaan hebben nog gewoon 30 kippen/eenden, wat maiskolven te drogen gehangen onder de dakrand, een varken en een uiterst gunstige climate footprint. Maar hoe lang nog?
2014 was het VN FAO international year of family farming. Als hun cijfers niet zouden kloppen hadden we het wel eerder gehoord. Hoeveel aandacht heeft IYFF (2014) hier eigenlijk überhaupt gehad?
Kijk, nog een voorbeeld van wat ik bedoelde met mijn laatste paragraaf in #79. Ik schreef toen: "Dan nog even over Fresco. Tja, een prima stuk, een van die artikelen waar de overtuigingskracht vanaf spat en waardoor je dus gaat denken: inderdaad! Maar… net zulke vlammende artikelen bestaan pro-agroecologie, en vóór biologische landbouw, schermend met cijfers over productiviteitstoename, arbeidsabsorptie, biodiversiteit…. Er zou iemand moeten opstaan die de claims (en vooral de cijfermatige) van beide soorten landbouw naast elkaar zet en uitspraken doet over wie gelijk heeft".
Ik noemde het onderwerp van 'family farming' toen niet omdat ik de informatie even niet bij de hand had, maar nu wel. Fresco schreef: "There are currently about 570 million farms worldwide feeding more than 7 billion people. Of these more than 500 million are family farms, most of them (475 million) less than two hectares. They hardly produce a surplus that can feed the increasing urban masses." Hoewel ze geen percentage noemt, staat dit toch diametraal tegenover een bevinding van de FAO die ik vandaag via Twitter onder ogen kreeg: volgens schattingen wordt 70% van de wereldvoedselvoorziening verzorgd door, juist, 'family farming', en zelfs 80% als we ons tot de ontwikkelingslanden beperken. Zie voetnoot 1 in dit rapport.
Opnieuw: ik weet niet wie er gelijk heeft, maar in elk geval niet allebei. Óf de FAO rekent te gemakkelijk naar die 70% toe, óf Fresco onderschat het belang van de gezinslandbouw - misschien niet met percentages, maar wel tekstueel. Wie weet hoe het écht zit?
Hendrik #88, je link naar Storm van Leeuwen werkt niet. Ik krijg:
"Not Found
The requested URL /shs/SNP was not found on this server.
Additionally, a 403 Forbidden error was encountered while trying to use an ErrorDocument to handle the request."
Kan je hem even goed zetten?