De sierteelt en voedingstuinbouw hebben er inmiddels zes magere jaren op zitten. De Russische boycot van groenten en fruit werkte als een katalysator op een slecht functionerend vraag- en aanbodsysteem. Het is niet echt duidelijk of de markt daadwerkelijk overvoerd is, of dat gebrek aan transparantie in productievolumes de handel wel laat varen maar de telers met lege handen achterlaat.
Dat het tij snel kan keren bleek twee weken geleden. Door het koude en natte weer daalde het aanbod en trokken de prijzen voor kasgroenten weer aan. Zo simpel kan het zijn.
Overigens wil dat niet zeggen dat de telers nu hun achterstand weer inhalen. Ze oogsten immers veel minder kilo’s.

Los van de boycot was eigenlijk al duidelijk dat 2014 bijgeschreven zou worden als weer een verloren jaar voor glasgroententelers. Het warme voorjaar in Nederland zorgde ervoor dat de gewassen onder glas veel eerder in productie kwamen. Ze overlapten met hun Spaanse conculega’s die steeds beter in de vingers krijgen hoe zij hun winterteelten wat langer kunnen aanhouden. Zo begon het voorjaar al met teveel aanbod. Ondanks een prachtige kas met glas, techniek en een goede planning blijft een tuinder afhankelijk van het klimaat.

Omdat het spel al zo vroeg werd gespeeld, kwam voor de zomer het geruchtencircuit op gang: wie krijgt krediet van de bank om door te gaan? Naar schatting zit driekwart van de glastuinbouwbedrijven in bijzonder beheer, hoewel de exacte cijfers niet openbaar zijn. Rabobank, goed voor een marktaandeel van 85% in kredietverlening, noemt het overgrote deel van de glasgroentebedrijven in de kern gezond maar bepaalt nagenoeg volledig wie volgend jaar nog een bedrijf heeft en wie niet meer.

Groot, midden, klein
Het is nogal schimmig wie nu wel of niet ‘mag doorgaan’. Niemand kent precies de criteria die banken hanteren. In de wandelgangen worden bedragen genoemd, want tuinders zijn niet gek. Zij ontfutselen hun accountmanagers regelmatig informatie om te proberen zelf binnen veilige marges te opereren.
Het is allang niet meer een kwestie of je een goede ondernemer bent of niet, hoewel banken dat wel steeds als criterium opvoeren. Als je meer dan zoveel miljoen hebt gefinancierd, dan houdt de bank je in de benen. Zit je onder dat bedrag, dan moet je je billen bij elkaar knijpen.
Er tekent zich een scenario af dat de grote bedrijven met of zonder lage kostprijs mogen blijven bestaan en de gemiddeld grote bedrijven zullen verdwijnen. De kleintjes mogen blijven, want die zitten per definitie in een niche, bedienen een lokale markt of worden met rust gelaten. Zij zijn niet zwaar gefinancierd en zullen door gebrek aan opvolging op termijn sowieso verdwijnen.
In de kwetsbare middengroep zitten veelal familiebedrijven met relatief jonge ondernemers. Als het beeld klopt, zullen juist die van het tuinderstoneel verdwijnen.

De omvang van de glastuinbouw in Nederland was vorig jaar nog bijna 10.000 hectare. Naar schatting zal daarvan dit jaar 3.000 hectare gedwongen moeten stoppen, wordt gefluisterd. Dat is een enorme aderlating. Bedenk eens welke gevolgen deze ontwikkeling heeft voor de hele sector, als een grote groep jonge en middelbare telers met ervaring gedwongen is om elders aan de slag te gaan.

Afbraak bedrijven
In augustus liet Rabobank bij monde van Ruud Huirne in Telegraaf weten dat zij dit jaar negen glastuinbouwbedrijven heeft opgekocht om af te breken. Dat is sympathiek; de bank probeert het overaanbod dat voor slechte prijzen zorgt te beteugelen en neemt daarvoor de kosten op zich. Hoewel al jaren duidelijk is dat areaalverkleining heilzaam zou zijn, wilde diezelfde bank daar tot voor kort niets van weten. Waarom nu dan wel?

Daarover wordt druk gespeculeerd. Vermoedelijk gaat het om onverkoopbare bedrijven. De bank heeft via openbare veilingen meerdere malen geprobeerd om glastuinbouwbedrijven te verkopen. Dat is niet in alle gevallen gelukt. Neem nu het bedrijf van Boonenkamp Roses. Dit paradepaardje van hedendaagse hightech glastuinbouw werd in 2008/2009 gebouwd, precies in de tijd dat de grondprijzen hoog waren. Het gaat al jaren slecht met de rozenteelt in Nederland en bovendien hadden de eigenaren verschillende tegenslagen.

Precies een jaar geleden ging het bedrijf failliet. Sindsdien heeft de hoofdfinancier onophoudelijk geprobeerd dit bedrijf voor een redelijke prijs te verkopen. Dat lukte niet. In zo’n geval rest de bank niets anders dan alles van waarde te verkopen en het bedrijf te ontmantelen. Het zou dus zomaar kunnen dat dit bedrijf tot de negen bedrijven behoort die Huirne heeft genoemd. Zo heeft de bank meerdere volledig onverkoopbare bedrijven in portefeuille. Afbreken van bedrijven blijkt eerder een noodoplossing dan beleid.

Elders opnieuw opbouwen
Een paar jaar geleden was het afbreken van moderne kassen onbespreekbaar. Niet bij de telers en niet bij de banken. Meerdere tuinbouwbestuurders vreesden dat het areaal dat hier zou verdwijnen ergens over de grens weer zou verrijzen. Inmiddels gaan onder tuinders steeds meer stemmen op om het toch maar wel te doen.

Een Bleiswijkse paprikateler liet bestuurders van LTO-Glaskracht onlangs weten dat hij die discussie met hen wilde aangaan. Is het nu echt zo erg als goede kassen uit Nederland een tweede leven krijgen in het buitenland? Vooralsnog misten zijn woorden doel.
Het is bijvoorbeeld veel tomatentelers al jaren een doorn in het oog dat hun grootste afnemer, Duitsland, vele malen meer betaalt voor tomaten van eigen bodem. Noem het chauvinisme of local-for-local, het is een feit. Als Nederlandse kassen naar de oosterburen verhuizen zullen uiteindelijk de prijzen voor tomaten nivelleren. Zo ontstaat meer gelijkheid onder Europese tomatentelers.

Decentraal
Een Amerikaanse tomatenteler liet onlangs weten echt geen vertrouwen meer te hebben in een goede afloop voor de Hollandse telers als zij hun productie-areaal niet inkrimpen. Hij verwacht dat de kostprijs per kilo tomaten de komende jaren nog verder zal dalen. De kosten voor transport en distributie zullen alleen maar stijgen door hogere energieprijzen of milieumaatregelen. Dat is gunstig voor de kostprijs van lokale leveranciers en nadelig voor Westlanders die tot achter Moskou moeten leveren om van hun product af te komen.

De productie zal dus in zijn optiek verschuiven van dure naar goedkopere locaties, waar bijvoorbeeld CO2 en heet water goedkoop beschikbaar zijn en die op redelijke afstand van consumenten liggen..
Decentraal kan de productie van ultra verse groenten en fruit wel degelijk weer winstgevend worden. Daartoe zullen volgens hem telers, financiers en de regering hun schouders onder moeten zetten.

Taboe
De voorgaande zes jaren waren mager. De geschiedenis leert dat je er doorgaans zeven hebt. Nog één te gaan. Tot nu toe bleek het onderwerp ‘herverdeling van areaal’ taboe. En nu? De Russische voedselboycot is straks een mooi argument om de teloorgang van de Nederlandse tuinbouw op het conto van Poetin te schuiven. Het is onwaarschijnlijk dat de overheid en Europa te hulp zullen schieten. Toen vorig jaar bleek dat de eiersector zichzelf in de nesten had gewerkt, stuurde staatssecretaris Sharon Dijksma de boeren naar de bank. Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten. Dijksma aanvaardde geen verantwoordelijkheid voor de beslissingen van ondernemers en financiers. Sanering van boerenland is geen overheidstaak meer, maar moet het heilzame effect van marktwerking zijn. Die gedachte is leidend in het Europese landbouwbeleid en dus ook hier van toepassing. Daarom is actie is alleen te verwachten van grootfinancier Rabobank.

Net niet?
In de nadagen van het ministerschap van Gerda Verburg stelde ABN AMRO Bank voor de pijn te nemen. Rabobank wees het af. Het zittende kabinet verklaarde de tuinbouw tot speerpunt. Zou het ministerie dat nog ergens hebben genoteerd? Het lijkt erop dat het kabinet erop had gerekend dat de markt de tuinbouw wel vlot zou trekken. Tot zover is dat in ieder geval niet gelukt en met net dat beetje Europese compensatie voor de Ruslandboycot lukt het nu misschien alweer net niet.

Fotocredits: Pieternel van Velden
Dit artikel afdrukken