De studie die Wansink samen met marketingonderzoeker Collin Payne uitvoerde verschijnt binnenkort in ‘Annals of Internal Medicine’. De onderzoekers inventariseerde alle edities van het standaardkookboek ‘The Joy of Cooking’.
Vetter en zoeter
Recepten als brownies, maïssoep en goulash komen in alle edities voor. Zeventig jaar geleden bevatten de recepten gemiddeld 268 calorieën. Nu is dat opgelopen tot 437. De recepten werden vooral zoeter en vetter en er gingen minder porties uit één recept.
Kleffe popcorn
Wansink is van mening dat de omgeving voor een groot deel bepaalt wat en hoeveel we eten.
De hoogleraar aan Cornell University (VS) vindt het zorgelijk dat het caloriegehalte en de grootte van porties in kookboeken toenemen, laat hij in NRC Next weten.
Sensorische beloning
In Nederland is een dergelijk onderzoek niet gedaan. Hoogleraar Kees de Graaf onderkent het belang van portiegrootte bij het tegengaan van groeiende tailles. “Portiegrootte is een soort interne norm. Het laat zien welke hoeveelheid de norm is geworden. En eten is ook een sensorische beloning. Zolang er eten op je bord ligt en het ruikt lekker, dan glimlacht de sensorische beloning je tegemoet”
bron: VMT
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Grappig, bij mij is het net andersom: vroeger at ik met gemak voor, midden, toe, nu ben ik blij als ik het hoofdgerecht haal en dan ook nog misschien een toetje, mits niet te zwaar. Maar het is heel gemakkelijk om jezelf aan te wennen steeds een beetje meer te eten. Toen ik vanwege de Coeliakie veel te mager was, moest ik bij-eten. Dan neem je een extra onsje dadels of vijgen, en een blik sardientjes in plaats van een sardientje op je toastje. Gaat het best snel en probeer dat dan maar weer af te leren.... Is ook gelukt hoor, maar dan moet je er opeens over gaan nadenken.
Ik weet wel zeker dat ik meer eet dan vroeger. Maar dat komt niet in de laatste plaats omdat ik van het voedingscentrum 2 ons groenten en 2 stuks fruit moet eten. En dat fruit haal ik niet, dus dat moet ik compenseren met de groenten. Daarvan eet ik dus minstens 2 ons, maar meestal meer. Waardoor je dus gewend raakt aan grotere porties.
Vroeger, toen ik er allemaal niet over nadacht omdat ik niet te zwaar was en ook niet zoveel lustte at ik veel en veel minder. Als ik dan uit eten ging at ik bijvoorbeeld standaard nooit de groenten op, wegens "geen plek". En dan was het altijd een dilemma "wel of geen voorgerecht". Ik moest wel heel erg uitgehongerd zijn om ook nog een voorgerecht te bestellen. Nou, ik kan me niet heugen de laatste keer dat ik alleen een hoofdgerecht bestelde.
Ik moest ook onmiddellijk aan de 19e-eeuwse kookboeken denken, ik bladerde net in Henriette Davidis, die flink wat eieren in de ommelet gooit, maar tegelijkertijd kostte het gewone dagelijkse leven toen veel meer fysieke energie, zo zonder elektriciteit, auto's, gas etc. Om je fornuisje aan te steken, moest je eerst met hout sjouwen (zagen, zagen, splijten, opslaan, sjouwen) om maar iets te noemen. Er toen werd steviger verbrand.
Nu doen we elk jaar minder en als de porties dan idd groter worden, ja, logisch dat we uitdijen.
Terug naar twintig keer kauwen per hap? ;-), maar je hebt beslist gelijk dat het makkelijk wegschrokken van eten niet tot verzadiging leidt, maar tot meer eten. Kaubedarf, zo'n mooi Duits woord, de kaken willen malen, daar moet je het voedsel aan aanpassen, dus echt kauwbaar eten, niet hapslikweg, zou de oplossing kunnen zijn? Terug naar Rousseau die de kinderen groot wilde brengen op louter rauwkost? En naar Bircher-Benner, de uitvinder van de muesli?
dus eigenlijk in plaats van fastfood, slowfood ;)
(maar dan in een meer letterlijke betekenis van het woord)