Het regeerakkoord dat VVD en PvdA op 29 oktober voorstelden, zegt onder meer dat behalve het ministerie van Landbouw, alle 11 product- en bedrijfschappen worden opgeheven. Akkerbouw, Granen, Zaden en Peulvruchten, Diervoeder, Dranken, Vis, Margarine, Vetten en Oliën, Pluimvee en Eieren, Tuinbouw, Vee en Vlees, Wijn, Zuivel. Die product- en bedrijfschappen zijn integraal onderdeel van het samenwerkingsmodel in de agrarische sector en verzorgen op een aantal punten taken die niet zonder meer kunnen verdwijnen. Die hebben bijvoorbeeld te maken met het verzorgen van im- en exportvergunningen die nu nog binnen een dag verzorgd worden.

Daarnaast spelen andere zaken. De afzet van voedsel is bijvoorbeeld gevoelig voor aan imago gerelateerde incidenten, zoals voedselveiligheid. Daardoor kunnen ook kleine, lokale incidenten grote gevolgen hebben voor de gehele sector. Dat geldt in hoge mate voor incidenten op veterinair of fytosanitair gebied. In 2011 bracht bijv. de EHEC-crisis grote schade toe aan de tuinbouwsector. Soortgelijke problemen spelen rond de dierlijke sector zoals de bijv. de dioxine- en Q-koortscrises rond varkens en geiten. Dit vraagt om sectorale organisatie van collectieve preventie, toezicht en schadebeperking.

Omdat het Ministerie van Landbouw ook wordt afgeschaft, worden volgens het regeerakkoord vanaf 2014 de medebewindstaken en autonome publieke taken van de productschappen door het ministerie van Economische Zaken uitgevoerd.

Ingewijden uit de landbouwsector gaven ons te kennen dat het onmogelijk is om vanaf 2014 eerdergenoemde taken op behoorlijke wijze uit te voeren. Het opheffen van het ministerie is mogelijk overkomelijk, maar het gelijktijdig opheffen van de productschappen zorgt voor het verdwijnen van 440 banen én kennis die daarna niet meer voorhanden zijn, terwijl ze thans met hoge kosten moeten afvloeien. Onze waarnemers schatten in dat het opheffen van zowel een specifiek ministerie voor landbouw als de productschappen zorgt voor “chaos”.
De Nederlandse Landbouw zorgt voor 10% van het Nederlandse Bruto Nationaal Product en zal hierdoor mogelijk belangrijk worden geraakt.

Het is bestuurlijk niet onaannemelijk dat reeds in 2014 alweer besloten zal moeten worden om de taken van de productschappen opnieuw in te vullen. Daardoor de beoogde besparingen door het opheffen van de productschappen én het Ministerie van Landbouw zullen - naast de schade aan onze economie - uitdraaien op een extra kostenpost voor de Nederlandse belastingbetaler.

Fotocredits: Nederlandse productschappen
Dit artikel afdrukken