Vandaag staan Klépierre, de exploitant van de Rotterdamse Markthal, en halal-slager Messar voor de rechter in een kort geding. Volgens Klépierre houdt Messar zich niet aan de afspraken van het huurcontract door steeds meer horeca-activiteiten te bieden. Klépierre wil het contract, dat nog geen jaar loopt, ontbinden. Een woordvoerster: "We willen in de Markthal een goede mix van versaanbieders. We hebben er destijds voor gekozen om dit aanbod uit te breiden met deze halal-slagerij. Maar in werkelijkheid is het geen slagerij geworden, maar een horecazaak. Dat is tegen alle afspraken in."
Advocaat G. Sarier, die Messar vertegenwoordigt, vindt ontruiming een veel te sterke maatregel. "Zeker voor een ondernemer die nog geen jaar in de Markthal zit. Je moet iemand de tijd geven om tot een goede exploitatie te komen. En er zijn veel meer versaanbieders die met dit probleem worstelen.'' Eerder vertrokken 2 andere slagers al uit de Markthal. "Je ziet veel dagjesmensen, en die komen niet om drie kilo vlees te kopen. Ze willen daar een hapje eten. Messar wil die ruimte juist geven'', vult Sarier aan.
Volgens hem is de exploitant bang "dat het concept van een 'vershal' op den duur op de helling gaat, en er een 'horecahal' voor in de plaats komt", schrijft het AD. Dat klanten naar de Markthal voor de beleving en niet voor de boodschappen, werd al eerder geopperd.
Advocaat G. Sarier, die Messar vertegenwoordigt, vindt ontruiming een veel te sterke maatregel. "Zeker voor een ondernemer die nog geen jaar in de Markthal zit. Je moet iemand de tijd geven om tot een goede exploitatie te komen. En er zijn veel meer versaanbieders die met dit probleem worstelen.'' Eerder vertrokken 2 andere slagers al uit de Markthal. "Je ziet veel dagjesmensen, en die komen niet om drie kilo vlees te kopen. Ze willen daar een hapje eten. Messar wil die ruimte juist geven'', vult Sarier aan.
Volgens hem is de exploitant bang "dat het concept van een 'vershal' op den duur op de helling gaat, en er een 'horecahal' voor in de plaats komt", schrijft het AD. Dat klanten naar de Markthal voor de beleving en niet voor de boodschappen, werd al eerder geopperd.
De rechter heeft het verzoek tot ontbinding van het contract tussen de Rotterdamse Markthal en halal-slager Messar afgewezen.
Niet op grond van inhoudelijke argumenten, maar omdat de kortgedingprocedure 'zich niet leent om dit geschil te beslechten'. Daar is een bodemprocedure voor nodig.
De Markthal heeft bezwaar tegen de horeca-activiteiten die slager Messar heeft ontplooid. Messar beroept zich juist op afspraken die hierover zouden zijn gemaakt.