Wereldwijd drinken we dagelijks twee miljard koppen koffie. Onze koffieconsumptie vertoont al jaren een stijgende lijn: de afgelopen 15 jaar dronken we 43% meer. Wetenschappers waarschuwen. Aan zoveel onbekommerde groei zou wel eens een eind kunnen komen.

Dat heeft te maken met het feit dat we eigenlijk 'te weinig' koffie drinken. Van de 124 bekende soorten koffieplanten gebruiken we er maar twee. Zeventig procent van alle koffie die we drinken komt van twee soorten: de Arabica en de Robusta. De Arabica, de lekkerste, levert ongeveer 40% van de koffieproductie.

Klimaatverandering dreigt tot uitsterven te leiden
Het probleem is dat Arabica gevoelig is en gunstige omgevingsomstandigheden nodig heeft om goed te kunnen groeien. De plant is met name kwetsbaar voor veranderingen in temperatuur en hoeveelheid neerslag. Dat zijn meteen ook twee factoren die de planten kwetsbaar maken voor koffieroest.

In 2012 bouwden wetenschappers van de Britse Royal Botanic Gardens een computermodel om de toekomst van de Arabicakoffie in kaart te kunnen brengen. Hun studie werd gepubliceerd op PLOS. Daarin wordt voorspeld welke impact klimaatveranderingen zouden hebben op de wilde Arabica zoals die in Ethiopië voorkwam. Dat leverde een ontnuchterend plaatje op. De berekeningen suggereren dat 85% van de Ethiopische locaties waar nu wilde Arabica groeit in 2080 ongeschikt zal zijn. In het slechtste geval zou zelfs 99,7% van de Arabica-locaties niet meer geschikt zijn.

Het WCR doet aan "ouderwetse veredeling", benadrukt dr. Timothy Schilling die kennelijk bang is voor iedere associatie met versnellende genetische ingrepen
Weinig genetische variatie
Het Royal Botanic Gardens-onderzoek schudde de koffie-wetenschap wakker, meldt BBC News. Er werd ineens veel en diepgaand onderzoek naar de koffieplant gedaan. Daaruit bleek dat de oorspronkelijke wilde variant van de koffieplant alleen nog in Zuid-Ethiopië en een deel van Zuid-Soedan voorkomt. Verder bleek dat commercieel geteelde varianten maar 10% van de genetische variant van de wilde versie bevatten. Dit is het gevolg van inteelt - zo is alle Surinaamse koffie van 1 plant afkomstig die in 1718 vanuit de Hortus Amsterdam opgestuurd werd. Dat zorgt ervoor dat commerciële varianten die we gebruiken voor ons kopje koffie nog gevoeliger zijn voor klimaatverandering dan de oorspronkelijke wilde koffieplant.

Aan die weinig wenselijke situatie wil de koffie-industrie een einde maken. Het World Coffee Research institute (WCR) heeft daarom het plan opgevat 'een betere Arabica' te ontwikkelen.
De Arabica is ontstaan uit twee verschillende koffiesoorten, de C. eugenioides en de C. canephora. Gezien de lage genetische variatie heeft de kruising waarschijnlijk slechts één keer plaatsgevonden, zo'n 10 à 15.000 jaar geleden.
Het WCR kruist daarom opnieuw diverse C. eugenioides en C. canephora-variëteiten teneinde de genetische basis van de Arabica te verbreden. Daarmee moet de plant sterker worden zodat hij beter bestand is tegen klimaatverandering. Het WCR doet aan "ouderwetse veredeling", benadrukt dr. Timothy Schilling die kennelijk bang is voor iedere associatie met versnellende genetische ingrepen. Hierdoor kan het nog decennia duren voordat echt resultaat bereikt wordt.

Fotocredits: 'Colombia - Coffee Triangle 013 - coffee plantation tour', McKay Savage
Dit artikel afdrukken