De Groenen presenteerden de resultaten van een vrijwillig urineonderzoek onder 48 Europarlementariërs in het Europees parlement. Het is niet voor het eerst dat glyfosaat in urine is aangetoond, maar dit onderzoekje werd gedaan om het Europese Parlement dat op 19 mei besluit over de hernieuwde toelating glyfosaat van persoonlijke en direct voelbare informatie te voorzien.

De urine van de Europarlementariërs bleek 1,7 microgram glyfosaat per liter te bevatten. De drinkwaternorm voor glyfosaat is 0,1 microgram per liter. De urinemaat mag niet 1 op 1 worden vergeleken met de drinkwaternorm vanwege de concentratiefactoren die berekend moeten worden tussen de inname van water en de productie van urine.

Eerder dit jaar constateerde een Duits onderzoek dat bier 300 maal zoveel glyfosaat bevat als de drinkwaternorm toestaat.

Aanvankelijk wilde de Europese Commissie de toelating van glyfosaat, die op 30 juni afloopt, opnieuw met 15 jaar verlengen. Daar bleken 11 van de lidstaten bezwaar tegen te maken, omdat er vraagtekens bestaan rondom de veiligheid van glyfosaat. Het Europese Parlement stemde voor een beperktere toelatingstermijn voor glyfosaat van 7 jaar.

Volgende week donderdag wordt een beslissing genomen. Dan stemmen lidstaten via het permanente Comité voor Planten, Dieren, Voeding en Veevoer (Scopaff) over een hernieuwde toelating.
Dit artikel afdrukken