Deel 3 in de serie de Vakman. Het eerste en het tweede deel waren een inleiding op en geschiedenis van de zwarte brigade.
Wijn is steeds belangrijker aan het worden. Restaurants worden er niet alleen op beoordeeld, het zorgt zelfs voor een enorm gat.
Je zou kunnen zeggen dat er een ‘big wine divide’ is ontstaan. Neem de top-100 bedrijven (uitgaande van de 500 beste restaurants van het blad Lekker met zijn top 100). Ze laten geweldige initiatieven zien op gebied van gastenbenadering, kennisverspreiding én de toepassing van wijn in opmerkelijke wijn-spijs combinaties. Roy Pelgrim van Cordial in Oss die opeens is doorgestoten tot de top van de Nederlandse sommelerie, kwam op hier niet voor niets met de verrassende combinatie van een zoete Jurançon met kreeft.
Helaas zien we de meeste restaurants (Nederland telt ruim 45.000 horecabedrijven) daar ver onder hangen. Ze gaan stijf en ouderwets om met wijn en gerechten. Het lijkt wel alsof ze onzeker zijn om de stap vooruit te maken en de wereld van 'smaak' te betreden. Dat is niet zo verwonderlijk gezien het feit dat ze het midden en de onderkant van de markt bedienen. Kostenbeheersing is daarom hun belangrijkste uitdaging geworden. De klant wil een zo goed mogelijke hap voor zo weing mogelijk geld. Toch is het paradoxale dat als ze meer met wijn gaan werken, hun omzet aanzienlijk zal stijgen.
Het verschil in parate kennis en vakmensen tussen deze twee typen restaurants is zo groot dat we rustig van een gat kunnen spreken. De kleinste helft heeft het lef om te moderniseren, de grootste helft is daar bang voor en houdt vast aan een verleden dat geen onderscheidend vermogen meer biedt. De gastheer verlengt de kwaliteit van de keuken door de goede adviezen te geven op de juiste momenten. De keuken die waar maakt wat de gastheer de klant belooft, is dus de meest succesvolste van allemaal. Het gaat om het perfecte samenspel tussen keuken, ambiance en dranken. Logisch dus dat de keuken steeds meer betrokken wordt bij de inkoop van wijn en de sommelier meedenkt over de kaart.
Die intensieve samenwerking is botweg nodig om te kunnen overleven. De horeca kan zich gewoonweg geen rivaliteit tussen 'zwart' en 'wit' meer permitteren. De gast wil een totaalervaring en geen lekkere wijn naast een lekker gerecht die het samen niet 'doen'.
Deze is de motor achter het ontstaan van nieuwe organisaties. Het NGS is de afgelopen jaren sterk gegroeid, evenals het Gastvrijheidsgilde. Die signalen zijn overduidelijk: het gaat om meer dan een hapje en een drankje dat OK moeten zijn. Het gaat om het geheel.
De verhoudingen liggen overigens nog altijd scheef. De koks zijn altijd al beter georganiseerd geweest en daarom talrijker. Nederland telt ruim 110 SVH Meesterkoks en maar een 50 SVH Meestergastronomen, de evenknie van de Meesterkok. Daarbij moet je bedenken dat die 50 het gevolg zijn van de optelling SVH Wijnschenkers en de SVH Meestergastheren. Duidelijk getallen, die aangeven waar we staan. Zelfs in de betere horeca!
Kijk eens vanuit dat perspectief naar de jaarlijkse prijzenregen die zojuist weer over de Nederlandse horeca is neergedaald. We geven onszelf dan allemaal een flinke schouderklop. De koks kiezen de beste Nederlandse kok (what’s in a name?) en de gastmensen de beste gastheer van Nederland (lees de meest sympathieke gastheer/vrouw). Daar zou ik toch, en zonder verkeerde intenties, bij willen aangeven dat het oordeel aan de gast zou moeten zijn.
Maar .....we moeten natuurlijk blij zijn en mogen vooral niet kritisch zijn naar onszelf toe want dat is een doodzonde. Handige Calvinisten als we zijn. Dat is de tendens en het devies in deze maanden met als gevolg dat ook iedereen zijn mond stijf dicht houdt en de bui over laat waaien, immers volgend jaar wellicht een betere uitslag?!
De verschillende restaurantgidsen maken de markt tegenstrijdiger en levendiger dan ooit. Men rolt haast over elkaar heen om de eerste te zijn. De ene presentatie nog exclusiever dan de andere. We halen zelfs mensen als Paul de leeuw van stal om de 'winnaars' te presenteren. Om vooral maar te laten zien dat Nederland culinair meetelt. Tsja.......
‘ Knoopjes los’ met zijn beste bedrijven tegenover de Belgische ‘ Gault & Millau’ en dan als knaller de Franse Michelin Gids (Benelux uitgave) waaraan we de stijgende lijn van Nederland als culinaire natie kunnen aflezen. Het is nog even wachten op de nieuwe lijst van ‘Iens’ en uiteraard de niet-te-vergeten 'Lekker-ranglijst'. En ja hoor, de versnippering is compleet.
Resultaat van al deze lijsten naast elkaar? Geen lijst is namelijk identiek. Dat is de Nederlandse horeca in een notendop.
Volgende week de finale in deze serie over vakmanschap: deel 4.
Dit artikel afdrukken
Wijn is steeds belangrijker aan het worden. Restaurants worden er niet alleen op beoordeeld, het zorgt zelfs voor een enorm gat.
Je zou kunnen zeggen dat er een ‘big wine divide’ is ontstaan. Neem de top-100 bedrijven (uitgaande van de 500 beste restaurants van het blad Lekker met zijn top 100). Ze laten geweldige initiatieven zien op gebied van gastenbenadering, kennisverspreiding én de toepassing van wijn in opmerkelijke wijn-spijs combinaties. Roy Pelgrim van Cordial in Oss die opeens is doorgestoten tot de top van de Nederlandse sommelerie, kwam op hier niet voor niets met de verrassende combinatie van een zoete Jurançon met kreeft.
Helaas zien we de meeste restaurants (Nederland telt ruim 45.000 horecabedrijven) daar ver onder hangen. Ze gaan stijf en ouderwets om met wijn en gerechten. Het lijkt wel alsof ze onzeker zijn om de stap vooruit te maken en de wereld van 'smaak' te betreden. Dat is niet zo verwonderlijk gezien het feit dat ze het midden en de onderkant van de markt bedienen. Kostenbeheersing is daarom hun belangrijkste uitdaging geworden. De klant wil een zo goed mogelijke hap voor zo weing mogelijk geld. Toch is het paradoxale dat als ze meer met wijn gaan werken, hun omzet aanzienlijk zal stijgen.
Het verschil in parate kennis en vakmensen tussen deze twee typen restaurants is zo groot dat we rustig van een gat kunnen spreken. De kleinste helft heeft het lef om te moderniseren, de grootste helft is daar bang voor en houdt vast aan een verleden dat geen onderscheidend vermogen meer biedt. De gastheer verlengt de kwaliteit van de keuken door de goede adviezen te geven op de juiste momenten. De keuken die waar maakt wat de gastheer de klant belooft, is dus de meest succesvolste van allemaal. Het gaat om het perfecte samenspel tussen keuken, ambiance en dranken. Logisch dus dat de keuken steeds meer betrokken wordt bij de inkoop van wijn en de sommelier meedenkt over de kaart.
Die intensieve samenwerking is botweg nodig om te kunnen overleven. De horeca kan zich gewoonweg geen rivaliteit tussen 'zwart' en 'wit' meer permitteren. De gast wil een totaalervaring en geen lekkere wijn naast een lekker gerecht die het samen niet 'doen'.
Deze is de motor achter het ontstaan van nieuwe organisaties. Het NGS is de afgelopen jaren sterk gegroeid, evenals het Gastvrijheidsgilde. Die signalen zijn overduidelijk: het gaat om meer dan een hapje en een drankje dat OK moeten zijn. Het gaat om het geheel.
De verhoudingen liggen overigens nog altijd scheef. De koks zijn altijd al beter georganiseerd geweest en daarom talrijker. Nederland telt ruim 110 SVH Meesterkoks en maar een 50 SVH Meestergastronomen, de evenknie van de Meesterkok. Daarbij moet je bedenken dat die 50 het gevolg zijn van de optelling SVH Wijnschenkers en de SVH Meestergastheren. Duidelijk getallen, die aangeven waar we staan. Zelfs in de betere horeca!
Kijk eens vanuit dat perspectief naar de jaarlijkse prijzenregen die zojuist weer over de Nederlandse horeca is neergedaald. We geven onszelf dan allemaal een flinke schouderklop. De koks kiezen de beste Nederlandse kok (what’s in a name?) en de gastmensen de beste gastheer van Nederland (lees de meest sympathieke gastheer/vrouw). Daar zou ik toch, en zonder verkeerde intenties, bij willen aangeven dat het oordeel aan de gast zou moeten zijn.
Maar .....we moeten natuurlijk blij zijn en mogen vooral niet kritisch zijn naar onszelf toe want dat is een doodzonde. Handige Calvinisten als we zijn. Dat is de tendens en het devies in deze maanden met als gevolg dat ook iedereen zijn mond stijf dicht houdt en de bui over laat waaien, immers volgend jaar wellicht een betere uitslag?!
De verschillende restaurantgidsen maken de markt tegenstrijdiger en levendiger dan ooit. Men rolt haast over elkaar heen om de eerste te zijn. De ene presentatie nog exclusiever dan de andere. We halen zelfs mensen als Paul de leeuw van stal om de 'winnaars' te presenteren. Om vooral maar te laten zien dat Nederland culinair meetelt. Tsja.......
‘ Knoopjes los’ met zijn beste bedrijven tegenover de Belgische ‘ Gault & Millau’ en dan als knaller de Franse Michelin Gids (Benelux uitgave) waaraan we de stijgende lijn van Nederland als culinaire natie kunnen aflezen. Het is nog even wachten op de nieuwe lijst van ‘Iens’ en uiteraard de niet-te-vergeten 'Lekker-ranglijst'. En ja hoor, de versnippering is compleet.
Resultaat van al deze lijsten naast elkaar? Geen lijst is namelijk identiek. Dat is de Nederlandse horeca in een notendop.
Volgende week de finale in deze serie over vakmanschap: deel 4.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
@Simone, het is een dappere poging, maar ook zij slagen niet erin om unanimiteit te verkrijgen. Dat moeten ze overigens ook niet willen. Laat ze maar lekker hun gang gaan, de factor tijd zal ze wellicht sterker maken?
zie een oude discussie, maar handschoen van middensegment is bij iens allang opgepakt. alle restaurants 18.000 worden beoordeeld door de gasten.verder,
onze nederlandgids met 2500 restaurants kent bijv. toppers per alle keukens in de provincie, en dat betekent ook al vanzelf heel veel middensegment en veel diversiteit.
een klein inspectieteam zoals alle gidsen hebben krijgt dat nimmer voor elkaar.
@ Remy, het wordt er allemaal wellicht niet helderder op daarin heb je gelijk. Maar het heeft gelukkig allemaal een groot voordeel; er is aandacht voor eten, wijn en genieten. Nu dit wordt gekoppeld met gezond door de berichtgeving, krijgt de horeca een bredere aandacht. Ik zit nu eigenlijk op een actie van Horeca Nederland te wachten, om eens een statement te maken en gezond naar de horeca door te koppelen! Een mooier moment is eigenlijk niet denkbaar.
O ja ....Een goed idee zou zijn om de verschijningsdata van al die diverse gidsen te spreiden over het gehele jaar ;-)
Een gids voor de keuken, keuken en bediening en het gehele plaatje; Michelin*,** en ***
Eentje voor Restaurant en Hotel; GaultMillau.
Eentje voor de gewone man om te kopen; Lekker
Eentje voor wijnen speciaal; GrootSpraak.
En nog een paar...
Nu is het nog wachten op een gids die puur en alleen de bediening bekijkt.
En natuurlijk moet de belangrijkste nog komen; de gids die niet corrupt is en niet doorspekt wordt met afgunst, rancune en vriendjespolitiek.....;)
U kent de wandelgangen wel.
Groetjes Remy.
perswijn bedoel ik natuurlijk!