image

De gemiddelde consument bestaat niet. Dat bewijst de nieuwe studie van het OIVO over de verwachtingen, houdingen en gewoonten van de consumenten ten opzichte van voeding.

De verrassende resultaten tonen aan dat de tendensen op het gebied van consumptie evolueren en dat de consument zijn voedingsmiddelen kiest volgens zes verschillende denkwijzen. Hoewel de meerderheid één welbepaalde logica volgt, zijn er ook heel wat consumenten die verschillende elementen combineren in hun keuze.

6 groepen consumenten
Op basis van 600 interviews, die werden afgenomen in november-december 2005, konden verschillende consumententypes worden bepaald en gekenmerkt volgens sociodemografische criteria.

1)Gezelligheid: 50% van de consumenten beschouwen eten en maaltijden als een hulpmiddel voor sociale samenhorigheid, als een middel om te genieten en vooral om anderen een plezier te doen. Eten is een voorwendsel om samen te komen. De gekozen voedingsproducten zijn niet noodzakelijk bijzonder, er wordt eerder geopteerd om met vaste waarden veilig te spelen. Deze consumenten zijn meestal vrouwen, moeders met een gezin, hoofdverantwoordelijken voor de aankoop, woonachtig in Brussel of Wallonië, tussen 30 en 49 jaar oud en behorend tot de gemiddelde sociale groepen.

2)Energie: 21% van de consumenten beschouwen voeding als een bron van energie. Ze zoeken vooral naar basisproducten en volgen een gezond en efficiënt eetschema dat niet veel van hun tijd in beslag neemt. Deze consumenten zijn meestal mannen, Nederlandstalig, tussen 30 en 49 jaar oud, behorend tot de hoge sociale groepen.

3)Zich valoriseren: Voor 11% van de consumenten is de voeding een middel om te laten zien wie zij zijn, om zich te valoriseren in de ogen van de anderen, om (h)erkend te worden. Koken is geen valoriserende activiteit, behalve als ze het (bijna) als een professional onder de knie hebben. De gekozen producten zijn merkproducten en worden beschouwd als zijnde van betere kwaliteit. Het gaat hierbij meestal om mannen, Nederlandstalig, ouder dan 50 en behorend tot de lage sociale groepen.

4)Surveilleren: 10% van de consumenten beschouwen eten als een potentieel riskante verplichting. Ze letten op hun gezondheid en willen zichzelf hoeden voor de risico's die aan voeding verbonden zijn; Ze volgen een behoorlijk strikt dieet en ze letten op alle parameters van een voedingsproduct. Het zijn meestal Nederlandstalige vrouwen van 50 à 64 jaar oud, behorend tot de lage sociale groepen.

5)Gemak: 6% van de consumenten zoeken het gemak van "ready-to-eat". Eten is een plezier voor hen, maar ze hebben er een hekel aan om tijd te besteden aan de bereiding. Hun keuzes worden gestuurd door de ingeving van het moment, ook al spelen er nog andere parameters mee. Het gaat hier meestal om mannen, woonachtig in Wallonië of Vlaanderen, tussen 18 en 29 jaar oud of ouder dan 65, en behorend tot de gemiddelde sociale groepen.

6)Evenwicht: 2% van de consumenten vinden dat "eten een manier van zelfvorming is". Ze volgen geen welbepaald dieet, maar kiezen voor producten die gezond, evenwichtig en gevarieerd zijn. Het zijn meestal Nederlandstaligen uit de gemiddelde sociale groepen.

Conclusies
Ondanks de haast van onze maatschappij, is het nogal een geruststelling dat de meerderheid van de consumenten eten een plezier en er de tijd voor neemt.
Eten heeft een belangrijke sociale rol terwijl ook voedingswaarde als belangrijk wordt gezien. Daar staat tegenover dat één op de tien consumenten voeding als een potentieel gevaarlijke verplichting ziet. Dat is zorgwekkender: de voedselcrisissen hebben ongetwijfeld aanleiding gegeven tot die perceptie. Toch mogen consumenten iets meer vertrouwen hebben. Onze voeding werd immers nog nooit zo veel gecontroleerd als vandaag. De regels inzake hygiëne zijn zo nauwgezet, dat er misschien wel teveel van het bord valt.

bron: Oivo
Dit artikel afdrukken