In een lang artikel legde Trouw gisteren uit waarom Piketty, de econoom die zijn kennis inzet om te wijzen op het belang van een eerlijker verdeling van welvaart, de strijd is begonnen tegen de reductie van CO2-uitstoot op het niveau van landen en regeringen.

Vannacht moet die 3,5 graad worden teruggebracht tot 1,5 graad. Je kunt het resultaat al raden: Parijs COP21 wordt een papieren tijger
Landen en individuen
Het argument is heel simpel. In de moderne wereldeconomie laten we gebruikspullen vooral maken in de zogenaamde middeninkomenslanden. Dat zijn landen met lage inkomens die zich omhoog ontwikkelen omdat rijke Westerse landen daar hun iPads, mobieltjes, stereosets, pannen, kleren, meubels en inmiddels zelfs auto's laten maken. Hun grote bevolking maakt daar ons 'veel voor weinig'. In Parijs houden de rijke landen, met hun kleine bevolkingen, dus nu die landen, met hun grote en daarom laagbetaalde bevolkingen, aansprakelijk voor hun eigen consumptieve uitstoot die ze lekker goedkoop buiten de eigen deur laten produceren.

Op gezag van analyses die Piketty uit zijn economische database maakte, rekent Trouw in zogenaamde inkomensdecielen (groepen van 10% van laag naar hoog) voor dat de rijkste 30% van de wereldbevolking goed is voor 79% van de uitstoot. 70% doet het dus met 21%. De armste helft van de wereld zorgt zelfs maar voor 10% van de uitstoot.

Dat betekent dat de wereld zijn CO2-uitstoot met een factor tien (!) zou kunnen reduceren als iedereen gaat leven, eten en werken zoals die eenvoudigst levende groepen die ook nog eens barsten van de kinderen. Dat betekent wel dat de rest flink wat noten van zijn zang moet laten vallen. Misschien is het een idee als we elkaar ergens in het zesde of zevende inkomensdeciel tegenkomen qua CO2 uitstoot.


bron: Trouw/Piketty - uitstoot per 10% inkomensgroepen: van hoogste (D10) maar laagste (D1)


Rampen en oorlogen
In Parijs steggelen ze dan ook eigenlijk over de uitstoot van grote bevolkingsnaties zoals India en China. Wij Europeanen en Amerikanen vinden dat zij veel meer in uitstoot terug moeten op landenniveau. Nee, zeggen die landen want dan kunnen wij ons niet ontwikkelen. Het is dus een strijd over ons hebben en makkelijk gebruik maken van hun niet hebben.
Vandaag en morgen moet nog 'even' gesteggeld worden over een reductie van de CO2 uitstoot die groter is dan na 3 weken praten in Parijs is bereikt. Die leidt namelijk nog steeds tot een onacceptabele opwarming van 3,5 graad van het klimaat. Dat overleven we als mensen niet zo makkelijk zonder rampen en oorlogen. Daarom moet vannacht die 3,5 graad worden teruggebracht tot 1,5 graad. Als je begrijpt wat er werkelijk op de achtergrond speelt, kun je het resultaat al raden: Parijs COP21 wordt uiteraard een papieren tijger.

Al dit soort advies en nadenken zou de prullenbak in kunnen als CO2 een juiste prijs had en dus in de kostprijs van het vlees, kamperen, reizen ingerekend zou zijn. Hoef ik alleen op de prijs te letten (doen we toch al). Meer hoeven we in Parijs wat mij betreft niet af te spreken
Simpele oplossing: beprijs CO2-uitstoot per eindgebruiker
Verstandige economen hebben echter een simpele oplossing. Probeer niet te reduceren op landenniveau, doe ook niet net of de landbouw het allemaal heeft gedaan of dat 'vlees minderen' veel hoger op de agenda moet. Nee, kijk het beest recht in de bek en beprijs de uitstoot van CO2 op het niveau van de eindgebruiker. Per individu dus. Dan moet die rijke 30% opeens zoveel meer afrekenen dat de economie minder consumptief wordt. Daardoor zal er met name veel minder fossiel worden uitgestoten door die 10% rijken die nu hun aandeel in de wereldwijde welvaart van 49% lekker goedkoop laten produceren in wat we vroeger Derde Wereld landen noemden.

Piketty had er een hele database en een boel geschrijf voor nodig. De Nederlandse econoom Krijn J. Poppe van het LEI was er onlangs loeikort over. Toen hij las dat de eerbiedwaardige Britse denktank Chatham House dringend aandacht vroeg voor 'minder vlees' dat bij COP21 onvoldoende op de agenda zou staan, schreef hij: al dit soort advies en nadenken zou de prullenbak in kunnen als CO2 een juiste prijs had en dus in de kostprijs van het vlees, kamperen, reizen ingerekend zou zijn. Hoef ik alleen op de prijs te letten (doen we toch al). Meer hoeven we in Parijs wat mij betreft niet af te spreken.

Als twee zulke wijze mannen dit zeggen, dan zijn we eruit voor COP21. De onderhandelaars kunnen gewoon naar bed, al moeten ze nog wel even een staffel bedenken voor de beprijzing van CO2 in alles wat we consumeren; bepaalde dingen hebben we nu eenmaal meer nodig dan andere. Zoals je voor het wonen in een land belasting moet betalen om de openbare ruimte leefbaar te maken, moet je per aangekocht consumptiegoed een CO2-tax moeten betalen voor de vervuiling die je veroorzaakt in de wereld als geheel.

Morgen gaan we horen of ze dat gedaan hebben. Als ze het niet doen, wordt het op aarde op een onprettige manier geleidelijk aan allemaal minder al zal de welvaart van de rijkste 10% nog wel een decennium of twee flink doorstijgen. Als ze het wel doen, wordt het ook allemaal minder maar hoeven we elkaar hopelijk minder de kop in te slaan omdat in dat geval voorkomen wordt dat de armen wel erg jaloers worden op de rijken die in overvloed hebben, wat de armen echt nergens meer zullen kunnen krijgen.

Fotocredits: Thomas Piketty, Warko, Wikipedia
Dit artikel afdrukken