1 min
Op 23 juni stemt de Engelse bevolking over 'Brexit', het mogelijke vertrek van Groot-Brittannië uit de EU. Als het eiland de EU verlaat, zullen Nederland en met name de Nederlandse levensmiddelenindustrie daar het meest onder lijden.
Dat blijkt uit een gisteren door het CPB gepubliceerd rapport. In totaal zal ons land op termijn (2030) jaarlijks €10 miljard omzet naar de Britten verliezen. Dit kan oplopen tot €16,5 miljard indien het verlies aan handel zou zorgen voor een rem op innovatie.
5,5% productieverlies
De grootste last zal drukken op de Nederlandse voedselverwerkende sector. Het CPB schrijft dat het productieverlies 5% zal belopen in sectoren met een verbondenheid met het VK van meer dan 10%. Het gaat om de sectoren ‘chemie, kunststof en rubber’, ‘elektronische apparatuur’, ‘motorvoertuigen en onderdelen’ en ‘voedsel verwerkende industrie’. Deze sectoren verdienen samen 12% van het Nederlandse bbp.
Uit onderstaande figuur uit het CPB-rapport blijkt dat de voedsel verwerkende industrie rekening moet houden met een productieverlies van 5,5%. Dat is het grootste door het CPB geschatte verlies van alle genoemde sectoren.
Dilemma
Het CPB bespreekt de mogelijkheid van een Brexit dat wordt opgevolgd door een handelsakkoord om de vervallende markten te redden. Het ziet een dilemma in een dergelijke strategie omdat de EU daarmee de deur openzet voor een reeks volgende exits. Uiteindelijk betekent dat het uiteenvallen van het Europese project zoals dat na WO II werd opgezet.
Het CPB schrijft: "Een nieuw vrijhandelsverdrag stelt de EU voor een dilemma. Aan de ene kant wil de EU voorkomen dat er een precedentwerking uitgaat van de Brexit of dat er vrijelijk gewinkeld wordt in de voor‐ en nadelen van EU‐lidmaatschap. Het zal daarom de kosten van uittreding zo groot mogelijk maken. Aan de andere kant wordt de EU zelf geconfronteerd met hogere kosten en maakt een nieuw handelsverdrag deze kosten voor de EU – maar ook voor het uittredende land – kleiner."
NRC Handelsblad stelde een compleet dossier samen over de consequenties van een eventueel Brexit en de relatie tussen het vasteland van Europa en Engeland.
Dit artikel afdrukken
5,5% productieverlies
De grootste last zal drukken op de Nederlandse voedselverwerkende sector. Het CPB schrijft dat het productieverlies 5% zal belopen in sectoren met een verbondenheid met het VK van meer dan 10%. Het gaat om de sectoren ‘chemie, kunststof en rubber’, ‘elektronische apparatuur’, ‘motorvoertuigen en onderdelen’ en ‘voedsel verwerkende industrie’. Deze sectoren verdienen samen 12% van het Nederlandse bbp.
Uit onderstaande figuur uit het CPB-rapport blijkt dat de voedsel verwerkende industrie rekening moet houden met een productieverlies van 5,5%. Dat is het grootste door het CPB geschatte verlies van alle genoemde sectoren.
Dilemma
Het CPB bespreekt de mogelijkheid van een Brexit dat wordt opgevolgd door een handelsakkoord om de vervallende markten te redden. Het ziet een dilemma in een dergelijke strategie omdat de EU daarmee de deur openzet voor een reeks volgende exits. Uiteindelijk betekent dat het uiteenvallen van het Europese project zoals dat na WO II werd opgezet.
Het CPB schrijft: "Een nieuw vrijhandelsverdrag stelt de EU voor een dilemma. Aan de ene kant wil de EU voorkomen dat er een precedentwerking uitgaat van de Brexit of dat er vrijelijk gewinkeld wordt in de voor‐ en nadelen van EU‐lidmaatschap. Het zal daarom de kosten van uittreding zo groot mogelijk maken. Aan de andere kant wordt de EU zelf geconfronteerd met hogere kosten en maakt een nieuw handelsverdrag deze kosten voor de EU – maar ook voor het uittredende land – kleiner."
NRC Handelsblad stelde een compleet dossier samen over de consequenties van een eventueel Brexit en de relatie tussen het vasteland van Europa en Engeland.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Jur, excuus, want ik was deze draad even kwijtgeraakt. Wat ik bedoel is dit: Luyendijk heeft het - in dit stuk, inmiddels heeft hij er meer over geschreven - over de arrogante Brit die niet bij Europa past en zijn zelfstandigheid niet wil opgeven.
Wat ik bedoelde is helaas gebeurd: het was een conservatieve volksrevolutie die ons allemaal laat schrikken. Ook de Brit met toekomst. En dát is hopelijk confronterend. Progressieve revoluties brengen wat; conservatieve binden aan een verleden dat niet meer gaat, maar laten wel pijn onder mensen zien.
Jur, dat is 1 vd meest boeiende vragen: gooien ze het kind met het badwater weg, of bewijzen ze Europa een dienst?
Dat weet ik Dick, maar dat stond er niet. Eerst laat je Luyendijk iets vinden; dan zeg je dat jij datzelfde ook vindt - 'alleen om andere redenen'. Dan slaat dat 'andere' op 'andere dan die van Luyendijk', daar is taalkundig niets anders van te maken. Maar goed, je bedoelde dus iets anders, en daar heb je trouwens helemaal gelijk in.
En die 'goeie' Britten hebben op zich wel gelijk met een deel van hun kritiek, maar gooien het kind met het badwater weg door uit de EU te willen. Je hebt volgens A. Hirschman altijd de keuze tussen 'exit' en 'voice': weggaan, of blijven en datgene wat je ontevreden stemt verwoorden.
Jur, lees de kritiek van de 'goeie' Britten: Europa is het project geworden van een groep die het gevoel van zelfbestemming van mensen is gaan uitsluiten.
Hoezo 'andere redenen', Dick? Luyendijk is ook pro-Europa.
(voor de goede orde: ik ook, hoor)